2006/12/25

Gedicht van Kim / 22 december 2005


Kim, Bedankt Voor Dit Gedicht,


WAAR DE VREDE BEGINT...

Wijs mij de weg naar de vrede van mensen; nergens te vinden; gevlucht in de tijd.
Enkel sporen van zoeken, van stille verlangenslopen steeds dood in de werkelijkheid.
Geef mij 'n hart, dat klopt voor 'n ander. Toon mij de liefde, die alles overwint.
Want... mensen, zij dwalen; op zoek naar elkaar en vergeten dan weer, hoe de vrede begint...

Waar is de ster, die ons leidt door 't donker. Licht, dat te dikwijls vervaagt in de tijd.
Enkel hoop en vertrouwen, die telkens herleven, trekken hun spoor door de werkelijkheid.
Leer mij 't geluk van geven en nemen. Breng mij tot waar deze ster zich nu bevindt.

Want... mensen, zij zoeken 't licht in elkaar en vergeten, dat dit in henzelf steeds begint...

Zie hier 'n kind; zelf zo oud als de wereld. Geen weet van eeuwen; verlost van de tijd.
Enkel liefde en vreugde zou 't ons willen geven. Spoorloos en dan: pure werkelijkheid.
Kijk naar z'n ogen, met louter de vraag of ieder van ons ooit zichzelf overwint.
want... mensen, zij komen toch eens tot elkaar en vergeten nooit meer, waar de vrede begint...

Marco Borsato

Als alle lichten zijn gedoofd
Ben ik alleen met mijn gedachten
En ik weet met het applaus nog in mijn hoofd
Aan deze tijd komt ooit een eind
Wanneer de toegift is geweest

De stoelen leeg, de zaal is donker
Ik weet dat dit moment ooit komt
Maar als het komt zal jij er zijn
Als het doek voor altijd sluiten zou
Het slotakkoord gespeeld
Schuil ik bij jou
Kom jij uit de schaduw in het licht
Met die lach op je gezicht En je vangt me voor ik val
En je neemt me mee

Als alle verhalen zijn verteld
Het laatste lied heeft geklonken
En het ijs onder mijn voeten langzaam smelt
Voel ik jou heel dicht bij mij

Als het doek voor altijd sluiten zou
Het slotakkoord gespeeld Schuil ik bij jou
Kom jij uit de schaduw in het licht
Met die lach op je gezicht
Je vangt me voor ik val En je neemt me mee
Met een diepe buiging neem ik afscheid
Bedank nog één keer mijn publiek
Mijn grootste liefde dank ik als laatste
Zonder jou stond ik hier niet

Als het doek voor altijd sluiten zou
Het slotakkoord gespeeld
Schuil ik bij jou
Kom jij uit de schaduw in het licht
Met die lach op je gezicht
En je vangt me voor ik val
En je neemt me mee

2006/12/11

Op de A15 ligt nog wat of is net weggespoeld.

Milieudefensie lanceert radiospot tegen palmolieMilieudefensie start vandaag met een radiospot haar campagne tegen het gebruik van palmolie door energiebedrijf Essent. De radiospot vraagt luisteraars op de website van Milieudefensie een oproep te tekenen tegen de kaalkap van het regenwoud voor elektriciteitsproductie. Essent gebruikt palmolie voor de opwekking van groene stroom. Door de aanleg van oliepalmplantages verdwijnt tropisch bos in Indonesië en Maleisië.Milieudefensie wil dat Essent stopt met het verstoken van oliepalmproducten voor de opwekking van electriciteit, want de ‘groene’ stroom van Essent is absoluut niet duurzaam. Niet alleen verdwijnen er tropische bossen, door de aanleg van de oliepalmplantages worden ook grond- en arbeidsrechten van de lokale bevolking geschonden. Verder gaat de palmolieproductie gepaard met vervuiling van bodem en water. En bij de ontwatering van veengebieden voor de aanleg van de plantages komen enorme hoeveelheden van het broeikasgas CO2 vrij.Essent laat zich voorstaan op haar duurzame beleid. ‘Als het bedrijf echt duurzaam wil zijn, moet Essent stoppen met het gebruik van palmolie en oliepalmproducten voor het opwekken van stroom,’ aldus Lia van Wijk, campagneleider Globalisering en Milieu bij Milieudefensie.Palmolie wordt door Essent als zogeheten ‘biomassa’ gebruikt voor de opwekking van groene stroom. In 2005 was dat circa 200 duizend ton en als het aan Essent ligt wordt dat nog meer. In een gesprek met Milieudefensie erkende Essent dat er problemen bestaan rondom de duurzaamheid van geïmporteerde palmolie uit Indonesië en Maleisië. Desondanks wil Essent niet stoppen met het gebruik van palmolie en oliepalmproducten voor het opwekken van stroom.Vorige week oordeelde de Reclame Code Commissie dat Essent consumenten misleidt doordat de met palmolie opgewekte stroom wordt verkocht als ‘groene’ stroom. De commissie vindt dat Essent daarom moet stoppen met de valse reclameuitingen.In de radiospot van Milieudefensie klinken motorzagen die bomen kappen voor de aanleg van oliepalmplantages. De luisteraar wordt opgeroepen om mee te doen aan de handtekeningenactie tegen de kaalkap van het regenwoud voor de stroom van Essent. De radiospot is van 11 tot 25 december te horen op Radio 1

2006/12/07

Bang voor een beoordeling!

Natuurlijk zijn er hufters er zijn klootzakken en slijmjurken er zijn crooks en bandieten en drammers te veel.

Natuurlijk, er zijn laffaards er zijn schoften en schurken schandalig misdadig corrupt crimineel
Kijk maar om je heen kijk om je heen kijk

Natuurlijk heb je klerelijers heb je boeven en teringlijers er is tuig en geteisem en gajes volop.

Natuurlijk er zijn rascisten er zijn fascisten en klojoos mafkezen en mafketels en nono's met een bord voor hun kop.

Maar kijk om je heen kijk om je heen kijk om je heen kijk om je heen.

Wij zijn er ook nog wij zijn met de meesten met mensen die snappen hoe je als vriend door het verschil heen over de grenzen elkaar recht in de ogen kunt zien.

Natuurlijk zijn er oorlogen er zijn misdaden en aanslagen er is moord en doodslag om handel en geld.

Er is honger en woede ellende en armoe er is strijd de terreur wraak en geweld kijk om je heen kijk om je heen kijk om je heen kijk om je heen.

Wij zijn er ook nog we zijn met de meesten met mensen die snappen hoe je als vriend door het verschil heen over de grenzen elkaar recht in de ogen kunt zien.

Natuurlijk zijn er pummels zakkenwassers en etters ophitsers en zwetsers vernachelen het feest Natuurlijk zijn er eikels er zijn krabbers en zeikerds tirannen, foute mannen

Ze zijn er altijd geweest.

De Dijk

CBP Public Awareness Campaign Helps Keep Avian Flu, Other Diseases Out of the U.S. - CBP.gov

CBP Public Awareness Campaign Helps Keep Avian Flu, Other Diseases Out of the U.S. - CBP.gov

2006/12/06

Women for a Better World

Women for a Better World

Better World Advertising

Better World Advertising

Phil Borges - Bridges to Understanding

Phil Borges - Bridges to Understanding

> Klik voor Just Love This Blog

Reiniging Voordat we onszelf kunnen helen, moeten we eerst met onszelf in het reine komen.
De energie van Reiniging helpt je om jezelf te vergeven voor het maken van keuzes die je op dat moment niet geheel begreep. Als je jezelf hebt bevrijd van spijt en zelfmedelijden, kun je beginnen om jezelf te helen, waarna je automatisch iedereen om je heen heelt met stralende, onvoorwaardelijke liefde.

Reinig jezelf!

De spanning in de wereld is groeiende. Sla een willekeurige krant open, kijk het late nieuws en wat we zien - als we goed kijken - is een wereld in overgang. De afstand tussen de lichte en de donkere kant in de wereld groeit snel. Maar zouden we niet allemaal omringd willen zijn door licht en liefde?

Zoals de aarde zichzelf reinigt met water, wind en regen, zo moeten wij onszelf reinigen om ons voor te bereiden op onze eigen persoonlijke overgang. Zoals de Aarde 'pijn lijdt', zo moeten wij ons realiseren dat we 'pijn' zullen voelen als we dit proces van reiniging durven te beginnen. Gooi oude gewoontes overboord, zogenoemde programma's, die we dag in dag uit gebruiken zonder dat we dit doorhebben.

Een krachtige manier om dit te bereiken is door het gebruik van Heilige Geometrie. De wetenschap heeft al lang geleden bewezen dat ons lichaam een geometrisch vormgegeven systeem is. Ons onderbewustzijn herkent complexe Heilige Geometrische symbolen, die al sinds mensenheugenis worden gebruikt. Ondanks dat ons bewustzijn het niet zal begrijpen, en het zelfs vreemd zal vinden, heeft Heilige Geometrie een krachtig effect op ons mentale welzijn en ons fysieke lichaam.

Deze code, Reiniging genaamd, wordt gepubliceerd met als enige doel om mensen met deze reiniging te helpen.

Reactie 2e kamer op brief van Verdonk

De PvdA wil dat Verdonk haar toezegging schriftelijk bevestigd.

De VVD en de Partij voor de Vrijheid willen juist dat de uitzettingen wel doorgaan.
Ze zijn het niet eens met de mondelinge toezegging van de minister.

Bezwaren:

De minister somde dinsdag in haar brief nog eens de bezwaren op van de pardonmotie, die vorige week met een zeer kleine linkse meerderheid door de Tweede Kamer werd aangenomen.

Het is onduidelijk op welke groep illegalen de pardonregeling precies betrekking heeft, schreef de bewindsvrouw.

Ook zal een generaal pardon alleen maar meer asielzoekers naar Nederland trekken, en is een pardon oneerlijk voor de asielzoekers die Nederland al wél hebben verlaten.

Onverstandig:

Ook wijst Verdonk er in de brief op dat het, gezien de demissionaire status van het kabinet,
het nu niet een verstandig moment is om een pardonregeling in te voeren, '
die haaks staat op het beleid dat de afgelopen jaren is gevoerd.'

polonium

Bron: http://www.lenntech.com/elementen-periodiek-systeem/Bi.htm


Polonium werd ontdekt door Marie Curie, de bekende Poolse scheikundige, in 1898. Ze verkreeg polonium uit pitchblende, een materiaal dat uranium bevat, nadat ze ontdekte dat onbewerkt pitchblende meer radioactief was dan het uranium dat eruit werd gewonnen. Ze bedacht dat pitchblende dus in ieder geval een ander radioactief element moest bevatten. Curie moest enkele tonnen pitchblende verwerken, maar verkreeg toen polonium en radium, een ander radioactief element dat zij daardoor tevens ontdekte. Een ton uranium erts bevat slechts ongeveer 100 microgram (0,0001 gram) polonium.Vanwege de schaarsheid wordt polonium meestal geproduceerd door bismut-209 te beschieten met neutronen in een nucleaire reactor. Dan wordt bismut-210 gevormd, dat heeft een halfwaardetijd van 5 dagen. Door bètaontbinding vervalt bismut-210 in polonium-210. Deze methode heeft enkele milligrammen polonium-210 opgeleverd.Polonium-210 stoot veel alpha deeltjes uit. Een enkele gram polonium-210 geeft 140 watt aan warmte-energie en wordt daarom gezien als een lichtgewicht warmtebron om thermo-elektrische stroom te genereren voor de ruimtevaart. Polonium heeft een halfwaardetijd van 138,39 dagen.Toepassingen: Het meest stabiele polonium isotoop, polonium-209, heeft een halfwaardetijd van 102 jaar. Het vervalt tot lood-205 onder invloed van alpha deeltjes. Polonium kan worden gebruikt om statische elektriciteit te verwijderen, dat ontstaat als gevolg van processen als papier oprollen of metaal snijden, hoewel andere materialen die bèta deeltjes uitstoten vaker worden gebruikt voor dit doeleinde. Polonium wordt ook toegepast in borstels voor de verwijdering van stof of fotofilm. Polonium moet dan goed verzegeld worden om de gebruiker tegen besmetting te beschermen. Polonium wordt ook wel gecombineerd met beryllium om neutronenbronnen te creëren.Polonium heeft meer isotopen dan welk ander element ook, en deze zijn allemaal radioactief. Polonium is makkelijk oplosbaar in verdunde zuren, maar het is slechts gedeeltelijk oplosbaar in alkalische stoffen.

Gezondheidseffecten van polonium

Polonium wordt in enkele laboratoria voor nucleair onderzoek bestudeerd. Dat vraagt om extra voorzorgsmaatregelen en extreme voorzichtigheid, vanwege de hoge radioactiviteit van de alpha deeltjes uit polonium. Polonium-210 is aanwezig in sigarettenrook en het is het enige component daarin dat zelf kanker produceert in proefdieren door inademing; tumoren ontwikkelen zich al bij een blootstelling die vijf keer minder is dan die van de gemiddelde roker.Het aantal gevallen van longkanker bij mannen als gevolg van polonium bleef stijgen vanaf een zeer laag aantal in 1930 (4 op 100.000 gevallen per jaar), tot polonium de nummer 1 veroorzaker van kanker werd in 1980 (72 op 100.000 gevallen per jaar). Toch was er toen sprake van een reductie van rokers met 20%. Maar tijdens de zelfde periode was de hoeveelheid polonium in Amerikaanse tabak verdrievoudigd. Daarnaast gebruikten tabaksverbouwers meer fosfaatrijke mest; calcium fosfaat erts accumuleert uranium en laat langzaam radon gas vrij.
Wanneer radon afgebroken wordt, gaan elektrisch geladen dochter deeltjes aan stofdeeltjes vastzitten. Deze stofdeeltjes adsorberen aan de plakkerige haartjes aan de onderkant van tabaksbladeren. Daardoor blijft een neerslag van radioactieve poloniumdeeltjes en lood op de bladeren achter. De intense hitte in de brandende punt van een sigaret vervluchtigd het radioactieve materiaal. Filters in sigaretten kunnen chemische carcinogenen opvangen, maar helaas werken ze niet tegen radioactieve dampen.De longen van een roker bevatten een concentratie radioactieve stoffen die veel hoger is dan de concentratie die door radon wordt veroorzaakt. De deeltjes stoten radioactieve straling uit. Wanneer iemand twee pakjes sigaretten per dag rookt is de straling vanuit alpha deeltjes in de longen ongeveer 1.300 milligram per jaar. De gemiddelde jaarlijkse stralingsdosis van radon is slechts 200 milligram per jaar, dus het is duidelijk een groot risico. Bij de dosis van radon moet nog wel worden opgemerkt dat deze is gebaseerd op tien sigaretten per dag.
Polonium-210 is oplosbaar in water en kan worden verplaatst door het lichaam naar ieder weefsel en iedere cel in concentraties die veel hoger zijn dan die van radon. Het bewijs hiervoor is dat het is aangeduid in het bloed en in de urine van rokers. De aanwezigheid van polonium in weefsels en cellen veroorzaakt genetische schade en een vroege dood door ziekten als lever en blaas kanker, maagzweren, leukemie, levercirrose en hart- en vaatziekten.
De chirurg C. Everett Koop meldde dat radioactiviteit, en dus niet teer, verantwoordelijk is voor ten minste 90% van alle longkanker gevallen die gerelateerd zijn aan roken. Het Amerikaanse "Center for Disease Control" meende dat Amerikanen door gevolge van tabaksrook aan meer radioactieve straling worden blootgesteld dan door welke andere bron dan ook. Sigarettenrook is verantwoordelijk voor 30% van alle gevallen waarin iemand sterft aan kanker. Alleen een slecht dieet kan daarmee concurreren als oorzaak van kanker, omdat het per jaar ongeveer evenveel doden veroorzaakt als roken. Maar het instituut voor kankeronderzoek heeft niet genoeg middelen om onderzoek te kunnen doen naar straling van sigarettenrook of radon uit sigarettenrook als een oorzaak van longkanker, en waarschijnlijk willen zij ook het publiek beschermen tegen angst voor straling.

2006/12/05

Onbegrijpelijk; 't kost heel wat energie

Iets wat je niet uitzet stopt niet vanzelf, althans vaak niet.

Stoppen met uitzetten?

We moeten juist zuiniger worden!

En nu moeten we stoppen met uitzetten vinden alle linkse partijen.

Wordt er allemaal niet goedkoper op.

We kunnen beter wel uitzetten, stopt ook.

Brief van Rita Verdonk aan de 2 kamer

www.justitie.nl
Onderwerp
Reactie op motie-Bos c.s.


In reactie op de op 30 november jongstleden door uw Kamer aanvaarde motie van het lid Bos c.s., nr. TK 2006-2007, 19637, nr. 1106, inzake een pardonregeling, bericht ik u namens het kabinet als volgt. Het kabinet heeft de motie zeer goed bestudeerd om te bezien of er op enigerlei wijze aan tegemoet kan worden gekomen.

Inleiding

De motie is ingediend en in stemming gebracht onmiddellijk na de installatie van de nieuw gekozen Kamer, terwijl de informatiewerkzaamheden juist begonnen zijn. Zoals alle belangrijke onderwerpen dient zeker ook dit onderwerp te worden behandeld in de dialoog tussen regering en parlement die kenmerkend is voor ons staatsbestel. Die dialoog is tijdens de demissionaire periode tussen Kamerverkiezingen en de vorming van een nieuw kabinet aan beperkingen onderworpen, omdat de gebruikelijke wederzijdse beïnvloedingsmogelijkheden ontbreken.
Het kabinet heeft immers, zoals te doen gebruikelijk, naar aanleiding van de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan Hare Majesteit de Koningin zijn ontslag aangeboden. De Koningin heeft, zoals eveneens gebruikelijk, de ontslagaanvraag in overweging genomen en de ministers en staatssecretarissen gevraagd al datgene te blijven verrichten wat zij in het belang van het Koninkrijk noodzakelijk achten.
Daarmee bevindt het kabinet zich in de staatsrechtelijk bijzondere, zogenoemd demissionaire fase. Deze fase brengt met zich mee dat in het verkeer tussen regering en Staten-Generaal - bij wetgevende arbeid of anderszins - rekening wordt gehouden met een aantal (bijzondere) aspecten en daaruit voortvloeiende overwegingen. Kenmerk van een demissionaire fase is dat kabinet en Kamer in staatkundige zin minder "vat op elkaar hebben". Tegelijkertijd is de kabinetsformatie gaande, een niet door geschreven regels maar vooral door praktijk en precedenten geordend proces, die een kwetsbare periode vormt in de constitutionele verhoudingen door de gewijzigde staatkundige omstandigheden en de onzekerheid over de duur van de totstandkoming van een nieuw kabinet en de inhoud van het te voeren beleid.
In de in ons staatsbestel tijdens de demissionaire periode vereiste wederzijdse zorgvuldigheid was het naar het oordeel van het kabinet niet aangewezen de bepleite pardonregeling op deze wijze aan de orde te stellen. Dat het onderwerp van beraad in de kabinetsformatie zou moeten worden, stond reeds vast. Het belang van een constitutioneel verantwoord verloop van de kabinetsformatie vereist wederzijdse zorgvuldigheid en terughoudendheid van kabinet en Kamer.


Wensen voor nieuw beleid dienen dan ook niet aan de demissionaire ministers, maar tot de (in)formateur te worden gericht. Een pardonregeling is eerder in de Tweede Kamer bepleit met uiteenlopende argumenten, vooral de positie van goed geïntegreerde gezinnen die hier reeds voor de inwerkingtreding van de Vreemdelingenwet 2000 verbleven. Die wet kende echter geen overgangsrecht op grond waarvan vreemdelingen als hier bedoeld een verblijfsvergunning kregen. In de motie lijkt een pardon voor een ruimere, in elk geval veel moeilijker af te bakenen, categorie te worden verlangd, namelijk "alle asielzoekers, behoudens oorlogsmisdadigers en veroordeelden wegens ernstige delicten, die hun eerste aanvraag vóór 1 april 2001 indienden en Nederland niet hebben verlaten."

De motie geeft geen uitsluitsel over de vraag hoe kan worden vastgesteld wie Nederland al dan niet hebben verlaten, indien geen begeleid vertrek heeft plaatsgevonden. De voorgestelde regeling laat ruimte aan personen die onder de oude vreemdelingenwet zijn afgewezen, Nederland niet gecontroleerd hebben verlaten of met onbekende bestemming zijn vertrokken, zich alsnog te melden met de claim nooit Nederland te hebben te verlaten.

Evenmin blijkt hoe de rechtsgelijkheid kan worden verzekerd tussen de hier bedoelde aanvragers die vervolgens ook onder de Vreemdelingenwet 2000 een verblijfsvergunning hebben gevraagd, en andere "nieuwe" aanvragers. Dit alles onderstreept dat een eventuele pardonregeling- hoe ook omschreven - de dialoog van het gebruikelijke gemeen overleg tussen kabinet en parlement behoeft.

Ook het op 30 november gevoerde debat leidt niet tot een hanteerbare afbakening. Weliswaar is door verschillende fracties die de motie hebben (mede)ondertekend, aangegeven voor wie naar hun oordeel een pardon zou moeten gelden, maar dit leidt niet tot een eenduidig beeld. Het zou moeten gaan om alle asielzoekers die hun eerste aanvraag hebben ingediend vóór
1 april 2001 en die thans in Nederland verblijven of om asielzoekers die vanaf hun eerste aanvraag onafgebroken in Nederland hebben verbleven. Daarnaast werd verwezen naar het project Terugkeer waarvan de overheid zou weten om hoeveel mensen het gaat. De verschillende aanduidingen van de doelgroep impliceren echter verschillen in de omvang van het aantal personen dat onder een regeling zou moeten vallen en daarom ook het aantal personen ten aanzien van wie geen onomkeerbare beslissingen en stappen gezet zouden mogen worden.
De in de motie gestelde voorwaarde met betrekking tot ononderbroken verblijf stuit in de uitvoeringspraktijk op grote moeilijkheden. De huidige registratiesystemen maken het onmogelijk om het ononderbroken verblijf in Nederland te controleren.


Hierdoor is het mogelijk dat asielzoekers die onder de oude vreemdelingenwet zijn afgewezen, zich opnieuw melden met de claim dat zij Nederland nooit hebben verlaten. Het gaat hier in uiterste instantie om een groep van rond 200.000 ex-asielzoekers.

Zelfs als de bewijslast bij betrokkene zou liggen, zal de toetsing hiervan een groot capaciteitsbeslag op de IND leggen en tot nieuwe procedures leiden. Te denken valt ondermeer aan voormalige asielzoekers die in bezwaar gaan als de IND stelt dat zij niet onafgebroken in Nederland hebben verbleven. Hiermee zullen onvermijdelijk nieuwe achterstanden in de behandeling van andere verblijfsaanvragen en knelpunten in de opvang ontstaan. Ook voor de rechtspraak betekent dit een forse extra belasting.

Inmiddels lijken de effecten van het anticiperen op een mogelijk pardon al zichtbaar. Zo kende het project Terugkeer een gemiddelde uitstroom van ruim 150 asielzoekers per week. De gemiddelde uitstroom in de laatste weken is gedaald naar circa 100 asielzoekers per week. Het aantal mensen dat in de laatste twee maanden in het kader van het project Terugkeer zelfstandig is vertrokken, is gehalveerd van gemiddeld 23 per week tot nu nog slechts 10 per week. Het administratief vertrek is de laatste weken met 20% gedaald van 55 tot 44 asielzoekers per week. Vaststaat dat het terugkeerbeleid in ieder geval moeilijker uitvoerbaar zal zijn, omdat met deze maatregel wordt bevestigd dat het loont om in Nederland te blijven, ook als een asielaanvraag herhaaldelijk is afgewezen. Mede daarom is het kabinet van mening dat beslissingen die na bezwaar en beroep op de rechter onherroepelijk zijn geworden, dienen te worden geëffectueerd.

Tot slot bestaat er onduidelijkheid over de vraag welke uitzonderingen op een eventuele pardonregeling zouden gelden op grond van het openbare orde beleid. In de motie worden "oorlogsmisdadigers en veroordeelden van ernstige delicten" uitgesloten. Een grondige discussie over de te hanteren criteria is noodzakelijk voor verantwoorde besluitvorming, die tevens uitvoerbaar moet zijn.

Ten slotte
Zoals hiervoor aangegeven is het kabinet van oordeel dat het een demissionair kabinet niet past om een motie uit te voeren waarin met zoveel woorden gevraagd wordt om vooruit te lopen op in de formatie eventueel te formuleren nieuw beleid en die bovendien haaks staat op het beleid zoals dat in de afgelopen jaren is gevoerd. Het kabinet acht het gepast beleidswijzigingen als deze, evenals het anticiperen daarop, te bespreken in de lopende formatieonderhandelingen.
Meest recentelijk heb ik u over de voortgang van het project Terugkeer geïnformeerd in mijn brief van 29 september 20061 en het daaropvolgende debat van 19 oktober jongstleden. Ik heb steeds aangegeven dat ik de zaken van 26.000 vreemdelingen in het project Terugkeer vóór 1 juli 2007 zal afhandelen.


Thans zijn er ongeveer 23.500 dossiers van vreemdelingen binnen het project afgedaan. De oorspronkelijke doelgroep is sinds de start van het project gegroeid door zij-instroom. In mijn brief van 20 juni 20062 heb ik aangegeven dat ik mij ook zou inspannen om de zij-instroom die op dat moment bestond uit 5.600 vreemdelingen, zoveel mogelijk voor juli 2007 af te handelen. Voorts heb ik ervoor gekozen om twee groepen, onder de oude vreemdelingenwet vallende, asielzoekers analoog aan het project Terugkeer te faciliteren, te weten: Irakese vreemdelingen en ex-alleenstaande minderjarige vreemdelingen. Daarmee is de totale groep vreemdelingen die in of analoog aan het project Terugkeer moet worden afgehandeld, inmiddels gegroeid tot 39.500. Er is nog steeds sprake van een toename door zij-instroom.
Het kabinet is van mening dat met het uitvoeren van de motie rechtsongelijkheid wordt gecreëerd ten aanzien van diegenen die onder toepassing van staand beleid, zoals het in het project Terugkeer, Nederland hebben verlaten of zijn uitgezet.

Tevens acht het kabinet de inhoud van de motie onvoldoende duidelijk om te kunnen overgaan tot het niet langer nemen van wettelijke en andere beslissingen en het niet langer zetten van stappen ten aanzien van asieldossiers waarin de vreemdeling een eerste aanvraag heeft ingediend vóór 1 april 2001. Ook een nadere afbakening van bepaalde groepen is bezien, maar reeds om redenen van rechtsgelijkheid en controleerbaarheid niet mogelijk gebleken. Nu de doelgroep onvoldoende duidelijk blijft, is het stopzetten van alle handelingen niet op zorgvuldige wijze uitvoerbaar zoals hierboven aangegeven. Daarnaast worden verwachtingen gewekt bij vreemdelingen die uiteindelijk mogelijk niet in aanmerking komen voor verblijf, terwijl het project Terugkeer er juist op was gericht om mensen duidelijkheid te verschaffen.
Het kabinet gaat er nog steeds vanuit dat (zicht op) een nieuwe pardonregeling een aanzuigende werking zal hebben, en wel ten aanzien van de volgende groepen: asielzoekers die met onbekende bestemming zijn vertrokken of die zelfstandig zijn teruggekeerd zonder tussenkomst van de IOM. Daarnaast zal Nederland aantrekkelijker worden voor nieuwe asielzoekers.
Bovendien moet worden onderkend dat een substantieel deel van de vreemdelingen die vóór 1 april 2001 een eerste asielaanvraag hebben ingediend, ook onder de Vreemdelingenwet 2000 een aanvraag hebben ingediend waarop inmiddels is beslist.


Het stilleggen van het vertrek van een groep uitgeprocedeerde vreemdelingen wringt met de in de Vreemdelingenwet 2000 neergelegde meeromvattende beschikking en daarmee met het uitgangspunt dat niet toelaten in beginsel uitzetten betekent. In het geval dat het kabinet zou besluiten een beperkte groep niet uit te zetten, zal de rechter kunnen worden gevraagd daaraan de verregaande consequentie te verbinden dat anderen, ten aanzien van wie een soortgelijke beslissing is genomen, evenmin worden uitgezet.

Nogmaals benadruk ik dat bij de beoordeling van asieldossiers in het bijzonder wordt gelet op schrijnende gevallen. Niet alleen zijn er naar aanleiding van signalen uit de samenleving - brieven van vreemdelingen, van Nederlandse burgers, van burgemeesters, van kamerleden - vele dossiers onderzocht op schrijnendheid. Ook zijn de medewerkers van de IND geïnstrueerd terdege op de schrijnendheid van de situatie te letten, en leggen zij in dat kader individuele zaken aan mij voor. Dat gebeurt niet alleen bij de beoordeling van een aanvraag om asiel of regulier verblijf, maar ook tijdens de voorbereiding op de terugkeer. Uit de praktijk blijkt dat IND-medewerkers oog hebben voor signalen van vreemdelingen die zich in een schrijnende situatie bevinden. Inmiddels heb ik in ongeveer 980 gevallen op basis van mijn discretionaire
bevoegdheid een verblijfsvergunning verleend vanwege schrijnende omstandigheden.


Het kabinet is zich ten volle bewust van de maatschappelijke bezorgdheid over de schrijnende gevallen die ook tot uitdrukking wordt gebracht in uw motie. Op schrijnendheid zal dan ook in de komende tijd onverminderd zorgvuldig worden gelet.

Daarnaast kan een "buitenschuld"-vergunning worden verleend, indien tijdens de asielprocedure objectief is vastgesteld dat de vreemdeling Nederland niet kan verlaten om redenen die buiten zijn macht liggen.
Het kabinet is na grondig beraad tot de slotsom gekomen dat de motie niet uitvoerbaar is en onwenselijke effecten heeft. Uiteraard ben ik bereid het kabinetsstandpunt in uw Kamer nader toe te lichten en het overleg met uw Kamer hierover voort te zetten.


De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,
Introduction to the Customs 2007 programme

Customs 2007 runs from 1 January 2003 to 31 December 2007 and will provide a legal and financial base for electronic information exchange systems between national administrations, training seminars for customs officials and experts, the exchanges of officials between national administrations and the basis for an electronic system which will allow business to move towards a paperless customs environment. Candidate countries for accession to the European Union (EU) are participating in the programme, so as to help both them and Member States prepare for enlargement. The cost of the programme will be shared between the European Community (EC) and the participating countries and, for the EC over the five years, will be &euro133 million. The budget will be increased on enlargement of the European Union to cover the needs of the new Member States.

Customs 2007 is designed to help to facilitate trade and to combat fraud so as to safeguard the financial and security interests of the Community and its citizens. A new factor which is becoming increasingly important is taking into account the changing role of customs with regard to new policies such as health and environmental protection. A particular focus of Customs 2007 will be helping Candidate countries prepare their systems to respond to open market conditions and to implement customs controls on behalf of the EU at the new external frontier. Customs 2007 will use a range of tools such as the development and maintenance of the Community component of IT systems, exchanges of officials, seminars, workshops and project groups to achieve its objectives. It will continue existing activities, including the development of the common training programme and will provide technical assistance to the applicant countries and to third-country administrations.
Protection of Community interests Customs have an important role to play to combat fraud and criminal activities. This requires specialist investigators, sound legislation and effective tools. From an EU point of view, the protection of Community interests also requires good co-operation and mechanisms for the exchange of information. The programme can contribute to these objectives by identifying specific areas of difficulty in the legislation and the control mechanisms, by exploring solutions to these difficulties and by improving the co-operation between customs administrations and between them and other authorities. In doing so, the aim is for equivalent high level quality control at every point of the customs territory.

Trade facilitation

The EU has to be a strong economic and trade partner in the world economy. Customs have an important role to play to ensure the competitiveness of the European trade environment. The programme contributes to this broad objective by minimising the burden placed on trade in relation to customs legislation and procedures. In doing so, there should be a balance between trade facilitation and the protection of the EU against illicit traffic.

Equivalent results and infrastructure

Customs in the Community operate under a common legal framework based on common application provisions and a common customs tariff. Whilst the legal framework is well established, its implementation currently depends on individual national administrations with differing national responsibilities who are called upon to act as if they were one when applying Community customs law. This programme will continue the work of Customs 2002 with a view to promoting the equivalent operational capacity of customs administrations.

Enlargement

The prospect of enlargement with new Member States having to execute the same extensive range of tasks, merely serves to emphasise the importance of ensuring not only that customs work effectively in today's Community but that they also prepare for their colleagues to act effectively in an enlarged community. This programme should aim to help candidate countries
to improve their ability
to perform customs tasks before and after enlargement,
by increasing their understanding and use of community customs legislation and procedures and gaining experience from more experienced customs administrations

Ministerie van Financiën / Douane verandert

In een brief aan alle douanemedewerkers kondigt de directeur-generaal Belastingdienst wijzigingen van de werkprocessen aan.

In de periode 2007-2012 zal de douaneorganisatie en het douanewerk veranderen.

Verschillende ontwikkelingen leiden tot een reorganisatie van de Douane. De EU vraagt aan de buitengrens (van de EU) een betere controle op veiligheidsaspecten, de goederenstromen aan de buitengrens zullen sterk groeien. Daarnaast staat een herontwerp van de douaneprocessen op stapel met verdergaande automatisering. Er zal meer aangehaakt worden bij de eigen verantwoordelijkheid van bedrijven.

Deze zullen worden gecertificeerd op de integriteit van de bedrijfsprocessen, de organisatie en het daarin werkzame personeel.

Het gevolg zal zijn dat het douanewerk in het binnenland gaat verdwijnen en aan de buitengrens zal toenemen.

De Management Teams van de vier douaneregio's bereiden de reorganisatie gezamenlijk voor en voeren die ook samen uit. Er is geen sprake van één big-bang, maar er wordt een 'dakpanreorganisatieplan' gemaakt, waarin per moment wordt bepaald wat de organisatie gaat doen.

Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat er geen gedwongen ontslagen zullen vallen en er geen verplichte verplaatsingen over grote afstanden zullen plaats vinden.

Toekomstige veiligheidseisen zullen er op Schiphol toe leiden dat passagiers door drie instanties gecontroleerd gaan worden. Financiën start een onderzoek in hoeverre een nieuwe organisatie alle controles kan verrichten.

Van Nieuwsbank .nl

Federale regering Belgie OVSE-Voorzitter roept op tot sterke actie om illegale wapensmokkel per vliegtuig aan te pakken (2006-12-05) Persdienst Buitenlandse Zaken De OVSE-Voorzitter, Belgisch Minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht, roept een groot aantal organisaties en bedrijven op om begin volgend jaar deel te nemen aan een bijzondere bijeenkomst over hoe illegale smokkel van lichte en kleine wapens per vliegtuig kan worden bestreden. OVSE-Voorzitter roept op tot sterke actie om illegale wapensmokkel per vliegtuig aan te pakken BRUSSEL, 4 December 2006 -De OVSE-Voorzitter, Belgisch Minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht, roept een groot aantal organisaties en bedrijven op om begin volgend jaar deel te nemen aan een bijzondere bijeenkomst over hoe illegale smokkel van lichte en kleine wapens per vliegtuig kan worden bestreden. Tijdens de tweedaagse Ministeriële Raad, die morgen eindigt, hebben de OVSE-ministers van Buitenlandse Zaken een beslissing van het Forum voor Veiligheidssamenwerking van de Organisatie aangenomen om in het eerste trimester van volgend jaar een bijzondere bijeenkomst te houden over het aanpakken van de illegale smokkel per vliegtuig. " Er is enige vooruitgang geboekt inzake onderwerpen als kleine en lichte wapens ", zei Minister De Gucht bij de opening in opmerkingen tot de Ministers waarin hij verwees naar de strijd tegen illegale smokkel van dergelijke wapens per vliegtuig. Hij merkte op dat er met name vooruitgang is geboekt in de bestrijding van dergelijke illegale smokkel per vliegtuig. De proliferatie van kleine wapens vormt een ernstige bedreiging voor de menselijke veiligheid. Kleine wapens doden meer dan half een miljoen mensen per jaar, dat is 1.400 elke dag. In de huidige geglobaliseerde wereld zorgen regeringen ervoor dat ze hun burgers kunnen beschermen en samenwerken om een gecoördineerd antwoord te vinden op deze uitdaging. Het Forum voor Veiligheidssamenwerking komt wekelijks in Wenen bijeen. Het houdt besprekingen en neemt beslissingen over de militaire aspecten van veiligheid, ondermeer aangaande vertrouwenwekkende en veiligheidsbevorderende maatregelen. Dankzij de essentiële bijdrage van het Forum kan de OVSE een voortrekkersrol spelen in het creëren van normen en richtlijnen om kleine en lichte wapens aan te pakken.

2006/12/04

Generaal pardon voor asielzoekers

Geweldig wat een overwinning voor GroenLinks, SP en PVDA.
Wouter Bos was zo in zijn nopjes dat hij na het horen van de geweldige meerderheid. Alle mogelijke moeite deed om de aandacht te krijgen van
Femke Halsema. Het leek wel mishandeling, doet uw arm het nog
Mevr. Halsema? Echt, heel leuk om te zien hoe spontaan er wordt gezoend op links. "Wij zijn vriendjes".

Voor de neutrale televisie kijker leek het meer op puberaal gedrag. De volwassen kijker weet dat dit alles voor zeer korte duur is. Het jaar 2007 zal in het teken staan van [opnieuw] nieuwe verkiezingen. In Italië kenden ze eveneens een periode van verkiezingen in de jaren 80. Stemmers waren meer in de hokjes te vinden dan thuis, de politieke leiders waren nooit thuis.

---
Spoed Debat 18 februari 2003

Minister Nawijn (Ex LPF) deed onhandige uitspraken, die aanleiidng waren voor een spoed debat.

Antwoord CDA:

In de eerste plaats dient men zich te realiseren dat Nederland een zorgvuldige
asielprocedure kent om vast te stellen of iemand bescherming nodig heeft tegen
vervolging.

De procedure is wettelijk en democratisch vastgesteld en er is beroep
mogelijk bij een onafhankelijke rechter. De mensen waar wij het over hebben, zijn
vaak al meerdere malen door de rechter afgewezen.

Het CDA staat voor een helder beleid en een duidelijke boodschap.
Van een pardon gaat het signaal uit dat als je eenmaal in Nederland bent en het maar lang genoeg volhoudt, je ondanks de uitspraak van de rechter, uiteindelijk toch mag blijven. Het CDA vindt dat zo’n boodschap de helderheid van ons asielbeleid niet ten goede komt.

---

Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers
heeft een lijst gepubliceert op internet
alle cijfers in kolommen te lezen:

http://www.coa.nl/NED/website/page.asp?menuid=101

---


2006/11/20

Oh, maandag

Partij voor de dieren.
Eén zetel heeft deze partij. Dat wordt hard tegenspel spelen tegen de gevestigde orde.
Nee die partij komt er wel.

Waarom heffen al kleine partijtjes van 1 tot 3 zegels zich niet gewoon op.
Bundel anders alle kleine partijen tot één partij.
Nee want op die manier verliezen we onze eigen identiteit.
Die kleine partijen kost handen vol met geld, tijd en krijgen later spijt.
---
GroenLinks doet wel moeite om in ieder geval als één gezamelijke en of coalitie partij de verkiezingen in te gaan.

PVDA verzet zich hier fel tegen. Zij zijn bang om hun identiteit te verliezen en willen als zelfstandige partij de verkiezingen in.Vooral doen, kom je straks bedrogen uit als CDA en VVD voldoende stemmen hebben om zonder een derde partij een regering te vormen.
SP en GroenLinks zouden het fantastisch vinden om te regeren, PVDA kennelijk niet.
Zal een slap bakkie geweest zijn wat Femke, Jan en Wouter van morgen gedronken hebben. Volgens Wouter was alles al bekend is alleen opnieuw bekrachtigd, en vervolgens laten we het zoals het was.
---
Volgens mij moet je als politiek leider doodziek worden van die vraaggesprekken.

Alleen de inleiding was voor mij al voldoende om de uitknop van mijn autoradio te benutten.
Hier kon Femke Halsema niets aan doen het waren de scherpe vragen van Pieter Jan Hagens op radio 1 die het Femke echt moeilijk maakte.

"Goedemiddag mevrouw Halsema, vanuit de studio in Den Haag".Vanuit Amsterdam corrigeerde Femke."Dat verwacht je niet van een politica zoals u die in Amsterdam in een studio zit".O, is dat zo. "Heeft u al koffie"? De koffie krijg ik zo, heb ik wel nodig met deze drukke tijden, korte nachtrust kan wel een bakkie hebben.Gelukkig is de programmering anders geworden, voorheen deed radio 1 moeite om alles wat uitgezonden was over de gehele dag nog eens te herhalen.

---Open brief aan onze premier geschreven op 19 november 2006 door Femke Halsema:
High lights: bron: www.groenlinks.nl

Na drie kabinetten Balkenende zit Nederland opgezadeld met vijf problemen.
1. Onze economie is niet duurzaam en gezond.
2. De publieke sector rafelt aan alle kanten.
3. De verschillen tussen arm en rijk nemen toe.
4. In plaats van integratie heerst segregatie*.
5. Nederland is naar binnen gericht.

Bij 1:
Onze economie is vanwege een goede betalingsbalans wel duurzaam en gezond, dit is te danken aan de VVD/Gerrit Zalm. Dat het CDA hiervan mee profiteert is best, CDA doet wel of zij het waren. VVD'rs kloppen niet zo snel op hun eigen borst. Andere partijen doen dat wel, zonder ook maar één dag geregeerd te hebben. Het siert de VVD.

Bij 2:
Een schrijnend tekort aan kwaliteit teistert de publieke sector, staat er in de brief. Volgens mij is het de ruimdenkendheid die er voor zorgt dat bedrijven kunnen investeren, zonder dat eerst de overheid zijn goedkeuring hierover moet geven. Doet de overheid dat wel dan zal deze sector nooit op tijd kunnen investeren.

Bij 3:
Even krijgt links gelijk, daarna niet meer NL failliet. Gelukkig de belbus rijdt gratis. Mogen zij dan ook over de grens?

Bij 4:
*Segregatie, is het woord apartheid niet beter op zijn plaats als je toch aan het aanvallen bent of is het woord apartheid te streng, te fel. Apartheid is verboden bij Wet. De Wet moet wel gerespecteert worden zoniet dan volgen er sancties dat is wat er te weinig gebeurt. Hierop scoorde Pim Fortuyn, achterstands wijken waar Ad Melkert niet eens overheen durfde te vliegen. Op deze locaties haalde Pim zijn stemmen. Dit zien de linkse partijen nog steeds niet als dreiging je zult deze wijken en de mentaliteit van de mensen moeten omvormen, links beloont dit gedrag.

Bij 5: Nederland moet volgens de brief weer een wereld speler worden en niet het schoothondje van Amerika/BUSH willen zijn. citaat: En Europa strijdt wereldwijd voor mensenrechten, eerlijke handel met arme landen en duurzaamheid. Dat vraagt om een gezamenlijk Europees buitenlands beleid. Nederland doet mee door echte opbouw- & vredesmissies actief te steunen en de bijdrage aan ontwikkelingssamenwerking te verhogen.
Helemaal mee eens, als er één Europa zou zijn en die is er niet, die komt er niet, waarom niet. Omdat het net zo is als bij elke politieke partij wij willen niet onze eigen indentiteit niet kwijt.

En zolang je dat als land blijft voortzetten zijn al deze ideeën niet uitvoerbaar.
We hebben ons te houden aan NATO overeenkomsten, dus in die zin blijven wij het schoothondje van Amerika.
---
Freek De Jonge
Het is de klaagzang van de welvaart

Het is krabben aan de korst
Want die wonden moeten open
Wij willen oorlog, honger, dorst
Het is het liedje van verlangen
Want wie tevreden is staat stil
Het is het noodlot van de mensheid
Noem het maar de vrije wil
Het is de klaagzang van de welvaart
Omdat niemand het geluk herkent
En dus graaft in het verleden
Op zoek naar sentiment

2006/03/23

Tweede Kamer Verkiezingen 22 November 2006

Wat een drama nog nooit zoveel politieke leiders gehoord en gezien op televisie.
Het CDA had tijdens vorige verkiezingen de leuze:
"respect moet er zijn en met respect moet je elkaar tegemoet treden".
Dit geldt niet tijdens de campagne = stelselmatige publieke actie voor een bepaald doel.
Elke partij = eigen doel. Nee natuurlijk niet het is uiteindelijk voor het grote doel Nederland sterker maken. Armoede bestrijden enzo...
Voor mezelf even de hoofdpunten van de verschillende partijen op een rijtje gezet als bron gebruik de websites behorend bij die partij.

Niet alle partijen noem ik, wel de partijen die een mogelijke kans maken volgens mij om in de regering te komen.

Regering is het staatshoofd en de gezamenlijke ministers.

________________________________________________

Veiligheid:

PVDA
------
Wat vinden jullie van de veiligheid op straat en wat willen jullie eraan doen?
De PvdA vindt dat iedereen zich in huis, op straat en in het openbaar vervoer veilig moet kunnen voelen. Er is nog steeds een aanzienlijke uitbreiding nodig van het aantal politieagenten. Vooral voor het tegenhouden van misdrijven, door zichtbaar toezicht op straat, in uitgaanscentra en in het openbaar vervoer. Op bepaalde plekken in de steden is het nodig dat het zogenaamde preventief fouilleren wordt toegestaan. Dat wil zeggen dat de politie de bevoegdheid krijgt iemand aan zijn kleding te onderzoeken en eventueel gevonden wapens of drugs in beslag te nemen. De gemeenten moeten samen met onder andere burgers, scholen, woningbouwverenigingen, de winkeliersverenigingen, de welzijns- en hulpverleningsinstellingen en politie en justitie zorgen voor een gemeentelijk veiligheidsplan. In het plan moeten prestaties worden afgesproken waarop de mensen de gemeente kunnen aanspreken. Het rijk moet voor de uitvoering van deze plannen geld beschikbaar stellen. In deze plannen moeten onder andere worden vastgelegd:


dat de gemeente ideeën van burgers om de veiligheid van hun buurt te vergroten zal steunen;

dat bij de inrichting van de openbare ruimte ook naar jongeren moet worden geluisterd;

dat scholen een actief beleid voeren tegen spijbelen en op tijd ouders en hulpinstellingen zullen waarschuwen.


Wat zijn jullie ideeën over zinloos geweld en wat gaan jullie eraan doen? (meer politie)


De PvdA heeft inmiddels een wet ingediend waardoor plegers van zinloos geweld zwaarder kunnen worden gestraft. Deze wet is nog in behandeling in de Tweede Kamer. Maar zwaarder straffen alleen helpt niet tegen zinloos geweld. Van belang is dat de dader heel snel kan worden opgepakt. Een hogere pakkans schrikt daders van zinloos geweld af. Daarom heeft de PvdA ook gepleit voor meer agenten dan het huidige kabinet wil toezeggen.
Nog belangrijker dan straffen is echter dat er in de opvoeding aandacht wordt besteed aan de normen zoals die in Nederland gelden. Daarom moet er door zowel ouders als door de scholen heel veel aandacht worden gegeven aan de vraag wat er nu wel en wat er nu niet kan. De PvdA vindt dat als ouders moeite hebben met de opvoeding van hun kinderen dat zij daarbij professionele begeleiding moeten kunnen krijgen.


Wat vinden jullie van geweld op tv?
De laatste jaren is de hoeveelheid geweld op televisie toegenomen. Maar de PvdA is niet voor het plaatsen van decoders of iets dergelijks. Ze deelt de mening van veel ouders dat ouders zelf voldoende in staat zijn om te beoordelen naar welke programma's ze hun kinderen laten kijken. De PvdA is er echter niet voor dat kijkers zonder waarschuwing overspoeld worden met programma's waarin veelvuldig seks en geweld voorkomen. De PvdA heeft daarom ingestemd met de film/programma keuring die onlangs in werking is getreden. Door het gebruik van tekens bij films en programma's, wordt de kijker vooraf op de hoogte gesteld van de inhoud van een programma of film. Aan de hand van deze keuring kan de kijker zelf bepalen of hij al dan niet naar het programma zal kijken.


Wat is jullie standpunt over de doodstraf?
De PvdA is tegen de doodstraf. Ten eerste vanwege principiële redenen. Een overheid mag nooit iemand, wat hij ook gedaan mag hebben, van het leven beroven. Elke rechtsstaat kent een zeker recht van vergelding maar altijd met mate; de doodstraf overschrijdt die grens. Ten tweede is er ook een praktisch bezwaar. De doodstraf is onomkeerbaar, een fout kan nooit meer worden hersteld. Ook de Nederlandse overheid is niet onfeilbaar en er bestaat dus het risico dat iemand onschuldig wordt veroordeeld. Denk maar aan de twee mannen uit Putten die na een jarenlange gevangenisstraf te hebben uitgezeten, door de hoogste rechter zijn vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. De mogelijkheid, hoe klein ook, dat er onschuldigen ter dood worden gebracht is strijdig met onze opvatting van de rechtsstaat. Tenslotte leidt de doodstraf niet tot een veiliger land. Integendeel, criminelen in landen waar de doodstraf wel mogelijk is maken vaker slachtoffers omdat zij toch niets meer te verliezen hebben.


Wat gaan jullie doen aan de jeugdcriminaliteit?
Wangedrag en criminaliteit door jongeren moet direct worden aangepakt door intensieve samenwerking tussen scholen, bureau's jeugdzorg, reclassering, politie en justitie in de buurt. De PvdA vindt dat ook de ouders hier een belangrijke verantwoordelijkheid hebben. Jongeren die toch op het criminele pad zijn beland, worden effectief aangepakt en begeleid met het oog op hun toekomst. Bij jongeren die voor het eerst worden veroordeeld, is alle inspanning er op gericht te voorkomen dat er een tweede veroordeling komt. De PvdA zou voor deze jongeren een persoonlijke coach willen die hen begeleidt totdat ze hun opleiding hebben afgemaakt en werk hebben gevonden.


Wat vinden jullie van de strafmaat op dit moment?
Veel mensen vinden dat criminelen te lage straffen krijgen opgelegd. Dat idee komt niet geheel overeen met de werkelijkheid. De rechters zijn de laatste jaren hele zware straffen gaan opleggen voor zware misdrijven zoals ernstige geweldpleging, doodslag en moord. Er wordt de laatste jaren zelfs regelmatig levenslang opgelegd. Het tekort aan cellen wordt voor een dele veroorzaakt door de langere straffen die worden opgelegd. Nederland stond in vergelijking met andere Europese landen in het begin van de jaren negentig nog onderaan in het lijstje met gemiddelde straffen. Tegenwoordig worden in Nederland bijna de zwaarste straffen opgelegd van alle landen in de Europese Unie.
Dat neemt niet weg dat de PvdA vindt dat voor bijzondere geweldpleging een zwaardere straf mag gelden. Wij hebben een wet ingediend waardoor er zwaardere straffen mogelijk worden voor daders van geweld tegen mensen die anderen te hulp schieten. Dit hebben wij gedaan om duidelijk te maken dat de overheid de kant van de behulpzame moedige burger kiest. Zwaardere straffen worden ook mogelijk als er geweld wordt gebruikt tegen mensen die hun beroep uitoefenen. Denk daarbij aan het personeel in ziekenhuizen, mensen die achter een loket zitten of taxichauffeurs.

VVD
-----

De VVD kiest voor meer veiligheid. Gezagsdragers worden beter beschermd; en ouders gaan meebetalen als hun kinderen zich misdragen.- De VVD zal geweld tegen gezagsdragers strenger bestraffen. Politieagenten of ambulanceverzorgers treden op namens ons allemaal. Zij moeten zich gesteund weten door de samenleving.- De VVD wil dat ouders gaan meebetalen als hun kinderen vernielingen aanrichten. Ouders worden financieel mede-aansprakelijk. Papa en mama’s portemonnee handhaaft mee.- Er komt één minister van Veiligheid. Daaronder vallen politie, inlichtingen, terrorisme, grensbewaking, crisisbeheersing, rampenbestrijding en Openbaar Ministerie.

CDA
-----

Was even zoeken CDA noemt het als kernwoord onveiligheid

Feiten:
Van 2002 tot 2005 is het aantal slachtoffers van vermogenscriminaliteit met 9,3% gedaald en van geweldscriminaliteit met 10,8%.
Uit de Veiligheidsmonitor 2006 blijkt dat deze dalende trend zich ook in de periode 2005-2006 voortzet. Voor de periode tot 2008-2010 wordt een verdere daling van -10 tot -15% voorzien.
Het percentage burgers dat zich wel eens onveilig voelt is in diezelfde periode gedaald van 30,8 naar 24%. Ook hier laat de Veiligheidsmonitor 2006 een verbetering zien voor de periode 2005-2006: een daling van 27% naar 23,7%.


Daarom wil het CDA:
Het bieden van meer veiligheid, het terugdringen van de criminaliteit en het verminderen van onveiligheidsgevoelens.
Versterking van justitie en politie, ook door een betere organisatie
Een landelijke politieorganisatie, waarbij de burgemeester en de officier van justitie het palatselijk gezag blijven
Prioriteit voor wijkgericht politiewerk.
Meer rechercheurs.

SP
---
Er komt geen nationale politie, de politiekorpsen kunnen beter lokaal worden aangestuurd.De prestatiecontracten bij de politie worden afgeschaft.
Er komen 1.500 extra agenten op straat, door te investeren in wijkagenten, wijkteams en toezichthouders en door het administratieve werk zoveel mogelijk te laten verrichten door administratieve krachten. Camera’s kunnen helpen, maar zijn geen volwaardig alternatief voor de agent.


De gesubsidieerde banen van stadswachten en toezichthouders blijven behouden en worden omgezet in reguliere banen.
Wij zijn tegen preventief fouilleren; dit middel kan slechts beperkt worden ingezet, in uitzonderlijke situaties waarin de veiligheid wordt bedreigd. Preventief fouilleren alleen op basis van etniciteit, uiterlijk of leeftijd is verboden.


Meer investeringen zijn nodig in het voorkomen van criminaliteit. De wachtlijsten bij de jeugdzorg, hulpverlenende instellingen, de crisisopvang en Meldpunten Kindermishandeling worden weggewerkt en ouders wordt goede opvoedingsondersteuning geboden. Zo nodig onder ‘drang en dwang’, in combinatie met een taak- of leerstraf voor kinderen.


Meer aandacht wordt gegeven aan het voorkomen van huiselijk geweld. Slachtoffers moeten makkelijker toegang krijgen tot hulp en bescherming.
Politie en justitie treden vastberaden op tegen discriminatie van homoseksuelen. Geweld tegen homoseksuele burgers wordt op geen enkele manier getolereerd. De politie registreert misdrijven waarbij angst voor of afkeer van homo’s een motief is.


De capaciteit voor opsporing, vervolging en berechting wordt verhoogd. De politie hoort alle aangiften van strafbare feiten in behandeling te nemen. Het doen van aangifte moet makkelijker worden.


Rechtbanken krijgen 80 extra rechters, zodat zij beter werk kunnen leveren. Voorkomen wordt dat zaken te lang blijven liggen of afgeraffeld worden.
Vonnissen in strafzaken moeten uitvoerig gemotiveerd zijn. Rechters volgen permanent bijscholing, vooral in de forensische wetenschap. Een meervoudige strafkamer moet bestaan uit rechters die gespecialiseerd zijn in het strafrecht.
Advocaten, actieve politici en ambtenaren bij het ministerie van Justitie mogen niet meer optreden als rechter in deeltijd. Dit voorkomt belangenverstrengeling.


De rechtshulp moet toegankelijker worden. De inkomensgrenzen voor toegang tot de gesubsidieerde rechtshulp worden verruimd. De Juridische Loketten worden een volwaardige adviesinstantie en de uurvergoeding voor sociaal advocaten wordt verhoogd.


Door maximumbehandeltermijnen in letselschadezaken wordt voorkomen dat verzekeringsmaatschappijen mensen met een claim kapot procederen.


Discriminatie en racisme pakken we hard aan. We voeren een hogere strafmaat in voor discriminatie. Discriminerende, racistische en tot geweld oproepende propaganda, vooral op het internet, wordt door politie en justitie harder aangepakt en waar mogelijk door de rechter verboden.


Inlichtingendiensten moeten beter communiceren, ook met politie en justitie in andere landen. Goed toezicht blijft nodig op de opsporingsbevoegdheden van inlichtingendiensten en politie.


De parlementaire controle op het werk van de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten moet aanzienlijk worden versterkt.


De nationale Ombudsman en de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten dienen meer mogelijkheden te krijgen om politie en de inlichtingendiensten terecht te wijzen in geval van misbruik van bevoegdheden. Het College Bescherming Persoonsgegevens wordt voldoende toegerust.


Fraudebestrijding krijgt meer prioriteit. Het Openbaar Ministerie krijgt meer forensische accountants en fiscalisten en de rechterlijke macht meer deskundigheid over fraude. Advocaten en notarissen die over de schreef gaan worden harder aangepakt.


Faillissementscuratoren worden niet meer uit de boedel, maar uit publieke middelen betaald, zodat onderzoek naar mogelijke (faillissements)fraude is verzekerd. De marktwerking in het notariaat draaien we terug en de tarieven worden weer gereguleerd.


Resocialisatie van gevangenen moet voorop staan, wat vereist dat gevangenissen specifiek daartoe geschoold personeel aantrekken. In de gevangenis moet worden begonnen met het aanpakken van verslaving en psychosociale problemen.

Ernstig psychisch gestoorde gedetineerden horen thuis in een beveiligd psychiatrisch ziekenhuis.


Ex-gedetineerden moeten meer begeleiding krijgen bij hun terugkeer in de maatschappij.Gemeenten en reclassering krijgen hiervoor meer middelen.
Onderwijs en arbeid horen in alle detentieregimes thuis. Alleen zeer kort gestraften kunnen in meermanscellen komen, langgestraften slechts op vrijwillige basis.


Slachtoffers en hun nabestaanden dienen in aanmerking te komen voor gratis rechtshulp.De politie moet slachtoffers op de hoogte houden hoe hun zaak verloopt.


Slachtoffers van criminaliteit krijgen hulp bij het verhalen van hun schade op de dader. Door de rechter opgelegde schadevergoedingen worden voorgeschoten door de overheid, die het geld vervolgens bij de dader int.


Boetes worden daar waar mogelijk inkomensafhankelijk, waardoor mensen sterker worden gestimuleerd om zich aan algemeen geldende regels te houden.
De jeugd- en zedenpolitie wordt opnieuw ingevoerd.
Maatregelen die de privacy en de burgerrechten buitenproportioneel inperken, zoals de Europese bewaarplicht voor verkeersgegevens, proberen we terug te draaien.


De identificatieplicht wordt afgeschaft.

GroenLinks
--------------

GroenLinks zet zich in voor maximale veiligheid en minimale criminaliteit. Mensen moeten zich veilig voelen op straat, op school, in het openbaar vervoer. Dat bereik je niet door op iedereen een camera te richten, maar door politieagenten, stadswachten en conciërges die weten wat er in hun wijk speelt, voor iedereen aanspreekbaar zijn en ingrijpen waar dat nodig is.


Veel mensen zijn ooit wel eens slachtoffer geworden van overlast of van criminaliteit. Met name bewoners van grootstedelijke achterstandswijken zijn vaak de criminele klos. Als de woonwijk ook nog eens verloedert en sociale voorzieningen zoals winkels, buurthuizen en speeltuinen ontbreken, dan ontstaat al gauw een verziekte sfeer.

Dat los je niet op met cameratoezicht, preventief fouilleren en mensen lukraak naar hun identiteitsbewijs vragen. Dat stigmatiseert mensen en wijken en bevordert de sociale samenhang allerminst.


GroenLinks wil forse investeringen in achterstandswijken. Straten en plantsoenen zijn van iedereen en voor iedereen. De GroenLinkse woonbuurt is een mix tussen woningen, winkels, bedrijven en recreatievoorzieningen voor jong en oud.

Overlast wordt bestreden door elkaar erop aan te spreken en als het nodig is door effectieve, op de persoon gerichte maatregelen. Overlast van daklozen en drugverslaafden wordt bestreden door goede opvangvoorzieningen waar medische en psychologische zorg wordt geboden. Steden moeten aan drugverslaafden voldoende gebruikersruimtes bieden met verstrekking van harddrugs op medische indicatie.


GroenLinks bestrijdt criminaliteit door een slimme mix van preventie en repressie. Naast verbetering van de leefomgeving en het verhogen van het toezicht moet de pakkans voor fors omhoog. Dat schrikt potentiële criminelen meer af dan dreigen met hogere straffen.

Politieagenten moeten meer op straat surveilleren. Daarvoor hoeft het aantal politieagenten niet te worden uitgebreid. Door de productie van cannabisproducten te reguleren komt een enorme politiecapaciteit vrij voor surveillancetaken.


Wie de fout ingaat krijgt een straf die perspectieven biedt op een criminaliteitsvrije toekomst. Werkkampen zijn uit den boze, want groepsgerichte disciplinering geeft geen enkele garantie op de bestrijding van de bronnen van criminaliteit.

Op maat gesneden individuele trajecten, begeleiding van de reclassering naar werk en relaties en toezicht na ommekomst van de gevangenisstraf moeten recidive voorkomen. Slachtoffers van delicten kunnen, als ze dat willen, daarbij een cruciale rol in spelen door delinquenten te confronteren met de gevolgen van het begane delict en onder begeleiding samen naar oplossingen voor die gevolgen zoeken.

________________________________________________

Werk en of Inkomen

PVDA

De verschillen tussen arm en rijk zijn de afgelopen jaren uit het lood geslagen. De PvdA wil dat rechtzetten. Daarom nemen we maatregelen om de verschillen tussen arm en rijk te verkleinen. We draaien de bezuinigingen op de huursubsidie terug. De nominale zorgpremie gaat omlaag naar 400 euro en de onrechtvaardige no claim regeling schaffen we af. We bestrijden armoede, zodat voedselbanken niet meer nodig zijn.

Welke oplossing(en) wil PvdA

Terugdraaien bezuiniging huursubsidie, heeft ouderen en arme gezinnen te hard geraakt.

Lagere premie zorgverzekering (400 euro i.p.v. 1100 euro),
rest inkomensafhankelijk.

Afschaffen no claim, kost vooral ouderen en chronisch zieken onnodig veel geld.

Groter verzekerd pakket zorgverzekering, dus minder eigen kosten.

De belastingkortingen waar mensen met laagste inkomens nu niet van profiteren, voor hen in geld uitkeren, om zo armoede te bestrijden.

Gemeentes meer ruimte geven voor armoedebestrijding
(“categorale bijstand”).

Extra geld voor mensen die langdurig (meer dan drie jaar) in de bijstand zitten.

Werkbonus van maximaal € 500 voor mensen met salaris tot 52.000 euro, zodat werk loont

Minimumjeugdloon van 23 jaar naar 21 jaar.

Heldere normen voor salarissen in de publieke en semi-publieke sector: maximaal het salaris van de minister president.

De harde herkeuringen van arbeidsongeschikten moeten fatsoenlijker.

Verhogen van de uitkering voor duurzame arbeidsongeschikten naar 75% laatstverdiende loon.

Geen veranderingen in hoogte en duur van de WW-uitkering, zodat met name ouderen na ontslag niet het risico lopen zomaar op bijstand aangewezen te raken.

Geen bevriezing AOW meer. Ouderen met een hoog aanvullend pensioen gaan meebetalen aan de AOW, om ook op termijn de AOW in stand te kunnen houden.

Om starters extra kansen te geven op huizenmarkt wordt hypotheekrenteaftrek voor toptarief 52% beperkt.

Bijstandsgerechtigden worden de eerste drie jaar vrijgesteld van de vermogenstoets op huis.·

Meer alleenstaande ouders uit de bijstand, door werken voor hen aantrekkelijker te maken.

Extra middelen schuldhulpverlening.

Gratis kinderopvang voor drie dagen per week.·

Tot slot wil de PvdA meer werk & ondernemerschap.
Werk is de beste weg uit armoede.

Onbetaalbare ideeën!
Voor de rest EURO CARD/MASTER CARD.

-----

VVD

De VVD kiest voor een sterke economie. Op de arbeidsmarkt hebben we iedereen hard nodig; en we laten niemand langs de kant staan. - De VVD maakt de kinderopvang voor werkende ouders gratis. Beide ouders kunnen zo veel makkelijker aan het werk. Werkende moeders zijn immers ook goede moeders.- De VVD wil een sociale zekerheid die mensen van werk naar werk helpt. Jongeren onder de 27 zijn aan het werk of zitten op school; en niet in een uitkering. De maximale duur van de WW-uitkering wordt beperkt; maar gaat de eerste drie maanden omhoog.

-----

GroenLinks
-------------

GroenLinks streeft naar een zo'n laag mogelijke werkloosheid. Vooral langdurige werkloosheid moet worden voorkomen door mensen zonder werk zo snel mogelijk aan een nieuwe baan te helpen. Daarom is het belangrijk dat mensen continu scholing krijgen. Daarmee blijven mensen interessant voor de arbeidsmarkt, ook als ze onverhoopt tijdelijk zonder werk komen te zitten.
GroenLinks wil 150.000 nieuwe banen creëren door het voor werkgevers goedkoper te maken om mensen in dienst te nemen. Het verschil tussen loon en uitkeringen wordt groter, zodat werken aantrekkelijker wordt. Dit betalen we door de belastingen op milieu en vermogen te verhogen. Met werkgeverssubsidies, leer-werktrajecten, gesubsidieerde arbeid en verplichte quota van het aantal arbeidsgehandicapten voor werkgevers wil GroenLinks mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt ondersteunen.
Om hoge concentraties van werkloosheid onder specifieke groepen te voorkomen, moet de overheid actief ingrijpen. Allochtonen, laagopgeleiden, jongeren, gehandicapten en vrouwen hebben veel minder kans op werk dan anderen. Voor deze groepen worden specifieke maatregelen getroffen om deze achterstand in te halen. Langdurige werkloosheid willen we voorkomen door werklozen na een jaar een participatiecontract aan te bieden tegen minstens het minimumloon. Daarmee gaan mensen aan het werk, volgen ze je een opleiding of krijgen zij hulp bij het starten van een onderneming of het vinden van vrijwilligerswerk. Daarmee houden we deze mensen dicht bij de arbeidsmarkt en blijven hun kansen maximaal.

Belastingen

toenemende inkomensverschillen in Nederland stemmen tot zorg. GroenLinks kiest voor een progressieve belastingpolitiek waar niet langer miljarden worden besteed aan lagere belastingen voor hogere inkomens. Solidariteit betekent dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen, dat is het uitgangspunt van GroenLinks.
Nederland kent een toenemende inkomensongelijkheid. De inkomens van topmanagers stegen de afgelopen jaren explosief. Tegelijkertijd moeten honderdduizenden huishoudens al jaren rondkomen van een minimuminkomen. Deze minima leven in relatieve armoede en bovendien worden vooral zíj door de bezuinigingen getroffen. Dit terwijl mensen met hogere inkomens er nauwelijks op achteruit of zelfs op vooruit gaan. Daarnaast zijn met verschillende belastingherzieningen lasten vooral voor de hoogste inkomens fors gedaald. Zo is het toptarief gedaald van 72 procent naar 52 procent. Oftewel: miljonairs zijn 20 procent minder belasting gaan betalen. Bij zo'n hoog inkomens tikt dat flink aan.
Daarvoor moeten de tarieven van de hoogste twee schijven (schijf drie en vier) beperkt worden verhoogd. Daarnaast moet er een vijfde belastingschijf worden ingevoerd voor de echte veelverdieners: Voor inkomens vanaf honderdduizend euro geldt dan een tarief van zestig procent. GroenLinks vindt dat de sterkse schouders de zwaarste lasten moeten dragen en dat de lagere inkomens worden ontzien. We willen dat de twee grootste aftrekposten worden beperkt. Daar profiteren nu vooral de hoogste inkomens van. GroenLinks wil de hypotheekrente omvormen en het pensioensparen maximeren op anderhalf keer modaal.
Ook vermogensinkomsten moeten hoger worden belast. GroenLinks wil de laagste twee belastingschijven juist flink verlagen. Door een gerichte lastenverlichting wil GroenLinks de koopkracht van lage inkomensgroepen verhogen, ook voor zelfstandigen met een klein inkomen. Wij willen de armoedeval tegen gaan om er voor te zorgen dat werk meer loont dan een uitkering. Zo gaan mensen met een minimuminkomen er bij GroenLinks maandelijks 200 euro op vooruit. Volgens een meerderheid van alle Nederlanders is dat eerlijk. Bijna zeventig procent van de Nederlanders vindt dat de inkomensverschillen kleiner moeten worden.

Hypotheek

Standpunt Hypotheekrenteaftrek
GroenLinks wil de hypotheekrenteaftrek vervangen door een hypotheekrentesubsidie waar niet langer de hoogste inkomens het meest van profiteren. In zijn huidige vorm is de aftrek niet alleen financieel onhoudbaar, maar ook onrechtvaardig. Nu profiteren vooral mensen met hoge inkomens en dure huizen .
De huidige subsidieregeling voor het bezitten van een eigen huis kost de staat jaarlijks vele miljarden en dit bedrag neemt de laatste jaren explosief toe. Belangrijker nog is dat het huidige systeem oneerlijk is. Mensen met een hoog inkomen profiteren verreweg het meest van de hypotheekrenteaftrek.. Zij kunnen een hogere hypotheek nemen en krijgen in verhouding een veel groter geldbedrag terug dan mensen met een goedkopere hypotheek. Daarnaast resulteert de huidige regeling in een ongelijke behandeling van eigenwoningbezitters ten opzichte van huurders. Huizenbezitters profiteren veel meer van de hypotheekrenteaftrek dan huurders van de huurtoeslag. Daarnaast is juist de hypotheekrenteaftrek een belangrijke oorzaak van de steeds verder stijgende huizenprijzen.
GroenLinks wil de hypotheekrenteaftrek omvormen. In plaats van de huidige aftrek moet er een hypotheekrentesubsidie van dertig procent worden ingevoerd. Deze subsidie geldt voor mensen die zonder hypotheek geen eigen huis kunnen kopen. Alleen mensen die een hoog inkomen, veel eigen vermogen en een dure eigen woning met een hoge hypotheek hebben, gaan er hierdoor op achteruit. Voor anderen blijft er gewoon een redelijke subsidie bestaan. Zo ontstaat een rechtvaardiger verhouding tussen lagere en hogere inkomens, evenals tussen eigenwoningbezitters en huurders. Tegelijkertijd worden de alsmaar stijgende overheidskosten die zijn gemoeid met de huidige hypotheekrenteaftrek beperkt. Met de opbrengsten van deze maatregel, kan de belasting op arbeid omlaag.

De eerste Staatslening zit er weer aan te komen.

CDA
-----

Het CDA heeft de afgelopen jaren gewerkt om inkomenszekerheid via de WW, WIA, AOW en toeslagen voor de toekomst te waarborgen. Het CDA heeft ook gewerkt aan solide financiën om toekomstige lastenstijging door vergrijzing het hoofd te bieden. Het CDA zal dat beleid voortzetten en wil:
de AOW handhaven als welvaartsvast basispensioen op 65 jaar;
de pensioenaftrek in stand houden om ons solidaire pensioensysteem overeind te houden;
de hypotheekrenteaftrek behouden om het eigen woningbezit te bevorderen, ook voor de middeninkomens;
de kinderbijslag inkomensonafhankelijk te houden voor alle gezinnen om zo de solidariteit tussen huishoudens met en zonder kinderen te waarborgen;
de zorg op grond van de AWBZ niet afhankelijk van het gespaarde vermogen te laten worden.
3.2.2
Iedereen behoudt de mogelijkheid om fiscaal vriendelijk te sparen voor een pensioen. In veel pensioenregelingen kan het pensioen desgewenst eerder of later dan op het 65ste jaar worden opgenomen, al dan niet in deeltijd. Pensioenfondsen (en verzekerde regelingen) zorgen ervoor dat de inspraak van gepensioneerden royaal geregeld is, zoals ook afgesproken is met de ouderenbonden.
3.2.3
De sociale verzekeringen hebben als functie het bieden van zekerheid in besteedbaar inkomen en welstand bij ouderdom, werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Het aantal arbeidsongeschikten is teruggelopen. Daardoor kan voor volledig duurzaam arbeidsongeschikten, ook voor WAO‘ers, WAZ’ers en Wajong’ers, de uitkering worden verhoogd van 70% naar 75% en kan de Pemba-boete worden afgeschaft.
3.2.4
De werkhervattingsregeling gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) wordt per sector / onderneming (bij voorkeur privaat) uitgevoerd. Dit maakt het mogelijk om – in goed overleg tussen werkgever en werknemers – te komen tot een ketenaanpak van kwaliteit van de arbeid, preventiebeleid, actief verzuimbeleid en reïntegratie, zo vroeg mogelijk in het traject van ziekte of arbeidsongeschiktheid. Hierdoor wordt de kans op herstel en reïntegratie optimaal benut. Bij optimale benutting van de gedeeltelijke verdiencapaciteit past een loongerelateerde uitkering voor het arbeidsongeschiktheidsdeel. Werkgevers en werknemers zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkhervattingregeling gedeeltelijk arbeidsongeschikten. Indien reïntegratiebedrijven worden ingezet, worden ze afgerekend op slagingspercentages.
3.2.5
Inkomensbeleid is een zaak van de rijksoverheid. De lastenmaximering wordt zo vormgegeven dat mensen meer zekerheid hebben over hun draagkracht. In de normering van het minimumloon en de toeslagen voor huur, zorgpremie en kinderen wordt rekening gehouden met de noodzakelijke kosten van bestaan. De toeslagen voor huur, zorgpolis, kinderopvang en kindertoeslag (vanaf 2008) worden genormeerd; de percentages moeten wettelijk worden vastgelegd. Die percentages zijn: 15% voor de huur, 10% dan wel 5% voor de zorg (afhankelijk van de mate van zogenaamde nominalisering) en 10% voor de kosten van kinderen. Met name voor alleenstaanden wordt de huurtoeslag verbeterd, zodat de armoedeval vermeden wordt: werken moet lonen. De kostennormen worden zodanig vastgesteld, dat de bijzondere bijstand voor bijzondere kosten kan fungeren. Voor de doelmatigheid dienen de uitvoeringsorganen over gekoppelde gegevens te beschikken van de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) en WOZ-administratie. De verschillende heffingskortingen, aftrekposten voor bijzondere kosten worden vereenvoudigd en gestroomlijnd.
3.2.6
Gemeenten voeren de Wet Werk en Bijstand uit. Om armoede te voorkomen, is goede en gerichte voorlichting nodig over voorzieningen om zo het ‘niet-gebruik’ daarvan terug te dringen. Ook laagdrempelige gestandaardiseerde aanvraagprocedures en formulieren kunnen helpen, evenals correcte en actieve bejegening van cliënten door gemeentelijke en andere overheidsdiensten.
3.2.7
Overkreditering kan tot een problematische schuldsituatie leiden. Het CDA wil dat de overheid een convenant met kredietverstrekkers afsluit over het leenplafond en centrale registratie. Voor de bestaande gevallen van overkreditering is schuldhulpverlening van groot belang. Schuldhulpverlening door gemeenten wordt door de rijksoverheid gestimuleerd en ondersteund. Alimentatie wordt waar nodig centraal geïncasseerd en uitbetaald. Indien mogelijk wordt bij niet nakomen van de afgesproken omgangsregeling een financiële sanctie opgelegd. Onderzocht wordt of dit ook nodig is voor de bijdrage van de ouders (Wsf) aan de studiekosten van hun studerende kinderen.
3.2.8
Het CDA wil onderzoeken hoe een zwangerschaps- en bevallingsuitkering voor zelfstandigen en meewerkende partners vormgegeven kan worden.
3.2.9
Het CDA wil evenwichtige beloningsverhoudingen bevorderen en doet een appèl op ondernemingen en hun aandeelhouders. Zij hebben een morele verantwoordelijkheid om excessieve beloningen terug te dringen. Het CDA verwacht dat de nieuwe wettelijke informatieplicht aan de ondernemingsraad over beloning evenwichtige verhoudingen binnen ondernemingen zal stimuleren. Aandeelhouders krijgen volledige transparantie in alle beloningscomponenten van bestuurders en commissarissen en zeggenschap daarin. Het CDA vindt dat maatschappelijke ondernemingen een extra verantwoordelijkheid hebben vanwege hun maatschappelijke doelstelling en verwacht dat zij via een governance-code de topinkomens matigen.
3.2.10
Het CDA zet erop in dat inkomens en bezoldigingen van ambtenaren en bestuurders bij de overheid, overheidsbedrijven en bestuurders bij de overheid en daar waar de overheid een meerderheidsbelang heeft, niet hoger zijn dan het inkomen van de minister-president. Ook in sectoren als de zorg, het onderwijs en de volkhuisvesting worden de lonen gematigd en is daarbij het ministerssalaris richtinggevend.
3.2.11
Het CDA wil dat het hoogste tarief voor belasting op nalatenschappen wordt gelijkgetrokken met het hoogste tarief van de inkomstenbelasting.

------

SP

Om onze welvaart te behouden is het nodig dat iedereen die kan werken, dat ook doet en er de mogelijkheden voor krijgt. Volledige werkgelegenheid dient centraal te staan in het sociaal-economisch beleid. Daarom wil de SP:
dat bedrijven het maken van winst combineren met het behoud van werkgelegenheid, door bijvoorbeeld te investeren in onderzoek, ontwikkeling en de scholing van werknemers.
dat de overheid maatregelen neemt om mensen aan de slag te krijgen, bijvoorbeeld door een industriepolitiek gericht op innovatie en door investeringen in de publieke sector. Zo wil de SP 25.000 nieuwe banen scheppen in het onderwijs, zorg en toezicht.
dat gesubsidieerde banen van bijvoorbeeld stadswachten blijven bestaan en omgezet worden in reguliere banen.
dat leeftijdsdiscriminatie en andere vormen van discriminatie door de arbeidsinspectie worden opgespoord en bestreden.
dat bedrijven en instellingen worden aangesproken op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het scheppen van werk voor gedeeltelijk arbeidsongeschikten, afgestudeerde VMBO’ers en kinderen van migranten. Zij maken met scholen afspraken over stageplekken voor leerlingen en studenten.

De SP vindt de bijstandsnorm structureel te laag. Om de armoede te bestrijden wil de SP een structurele verhoging van het minimumloon en daaraan gekoppelde uitkeringen van 5 procent voor de komende vier jaar. Het sociaal minimum wordt de komende vier jaar verhoogd met 10 procent. Gemeenten krijgen weer de mogelijkheid om categoriale bijstand te verstrekken. Mensen ouder dan 57,5 jaar hebben geen sollicitatieplicht meer, evenals alleenstaande ouders met jonge kinderen onder de 12 jaar. Er worden gemeentelijke leer-werkmaatschappijen opgericht, waar mensen die nog geen werk kunnen vinden scholing en praktijkervaring wordt geboden tegen een eerlijk loon. Gemeenten leggen vast aan welke voorwaarden huisbezoeken moeten voldoen, om wanpraktijken te voorkomen.

De spaarpot waar D66 / CDA zolang van hebben kunnen profiteren zal door de Groenen / PVDA snel de bodem inzicht hebben.

De website om snel de standpunten van die partij in te zien is die van GroenLinks.

De overige zijn goed, meer klik werk, of je moet direct het PDF formulier downloaden.

--------------------------

Partij voor de dieren:

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) wordt opgeheven. Dierenwelzijn wordt ondergebracht bij het ministerie van VROM en zal daarom Volkshuisvesting, Dierenwelzijn, Ruimtelijke Ordening en Milieu
(VD ROM) gaan heten.


Er dient, analoog aan de Autoriteit Financiële Markten, de Consumentenautoriteit en de OPTA, een onafhankelijke dierenwelzijnsautoriteit te worden opgericht die een meldpunt vormt voor misstanden en wetsovertredingen. Zij adviseert de overheid ten aanzien van dierenwelzijn en dierenrechten.

Het Openbaar Vervoer en de energievoorziening komen weer in overheidshanden. Eventuele privatisering van voorzieningen van algemeen belang gaan niet door.

In alle overheidskantines wordt tenminste 75% biologisch voedsel verstrekt. Dierlijke producten moeten altijd van biologische oorsprong zijn.

Er komt een overheidskeurmerk op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen gekoppeld aan een stimuleringsmaatregel.

De waterschappen worden als overbodig en kostbaar bestuursorgaan opgeheven.



Er dient onderzoek gedaan te worden naar effectievere straffen op gewelddadig gedrag naar mens en dier, waardoor herhaling wordt tegengegaan.

Bij de bestrijding van criminaliteit dient meer prioriteit gegeven te worden aan zaken die het welzijn van mensen en dieren het meest aantasten. Dit betekent dat voorrang gegeven wordt aan het opsporen van daders van mishandeling, diefstallen en braak boven bijvoorbeeld parkeerovertredingen.

De privacy van burgers dient gegarandeerd te worden. Het tappen en/of opslaan van telefoon- en internetgegevens vormt een elementaire aantasting van burgerlijke vrijheden en dient tot een minimum beperkt te worden, en onder toezicht van een onafhankelijke toezichthouder gesteld te worden, die jaarlijks openbaar verslag doet van zijn aanbevelingen en bevindingen.

> link voor de korte versie verkiezingsprogramma 2006:
http://www.partijvoordedieren.nl/content/view/181

> link voor de volledige versie verkiezingsprogramma 2006:
http://www.partijvoordedieren.nl/content/view/160


De bestrijding van mensenhandel en gedwongen prostitutie van vooral vrouwen en kinderen moet hogere prioriteit krijgen bij politie en justitie.

Eerwraak en vrouwenbesnijdenis dienen actief bestreden te worden.

Er moet een sterkere controle komen op de handel in en doorvoer van wapens. Er komt een openbaar register met betrekking tot de wapenhandel en de positie van Nederland als wapenleverancier en doorvoerland.

--------

Nederland Transparant

http://www.nederlandtransparant.nl/document.aspx?id=188

Erg transparant is deze site niet, het verkiezingsprogramma is van 2005.
Deze datum had op z'n minst aangepast kunnen worden. Tevens wordt nergens geschreven op welke wijze deze partij hun standpunten in de pratijk gaan brengen.

---------

Eén NL

In de schaduw van wijlen Pim Fortuyn 06 mei 2002.

www.eennl.nl/programma.html

http://www.eennl.nl/files/Verkiezingsprogramma_EenNL.pdf


Voorstellen EénNL:
Belasting
Inkomstenbelasting gaat voor alle belastingschijven over een periode van 4 jaar omlaag met 1% per jaar; dit beleid moet worden voortgezet in de daaropvolgende periode van 4 jaar
Overdrachtsbelasting wordt afgeschaft
Successiebelasting gaat naar 10%
Accijns op benzine wordt met 12 eurocent verlaagd (kwartje Kok)

Verzorgingsstaat
De staatsschuld wordt de komende 8 jaar met 1 procent per jaar verminderd
Financiële meevallers en resultaten van bezuinigingen gaan in een aparte spaarpot die op een voor iedereen zichtbare manier wordt beheerd
Vakbonden sluiten alleen contracten af voor hun eigen leden
Mensen die kunnen, gaan werken voor hun bijstandsuitkering
De AOW blijft betaalbaar door het fors terugdringen van inactiviteit en een
structureel hogere economische groei
Ouderen op minimumniveau kunnen gratis gebruik maken van openbare
voorzieningen als musea en vervoer
De overheid heeft geen taak in het stimuleren van familie-uitbreiding: de
kinderbijslag voor meer dan twee kinderen wordt bij nieuwgeborenen afgeschaft.

-------

De partij die het gedachtengoed van wijlen Pim Fortuyn in ere houdt is.

Lijst Vijf Fortuyn

Pim Fortuyn: “Ze kunnen mij van de wereld schieten, maar mijn ideeën kun je niet wegslaan”.

Karige Site http://lijst5fortuyn.nl/index.php?menuID=7

In over de inhoudt hoe deze partij denkt standpunten te verwezelijken kom ik niet tegen.

-------

SGP Staatkundig Gereformeerde Partij


Strafrecht Het waarden-en-normen-debat blijft hard nodig. En hoewel het effect ervan niet overschat moet worden (kwaadwillenden trekken zich er niks van aan), is het toch goed als mensen worden aangezet tot nadenken over goed en kwaad, het verschil tussen mijn en dijn en de gevolgen van hun eigen doen en laten. Ook als het gaat over de handhaving van recht en orde geldt dat voorkomen nog altijd beter is dan genezen. Fatsoen is niet af te dwingen, dat is zeker waar, maar onfatsoenlijk of onheus gedrag kan wél benoemd én aan de kaak worden gesteld. Dat is een kwestie van beschaving. En wie anderen intimideert of zelfs terroriseert, moet gewoon worden opgepakt. Dat is een kwestie van recht en orde!
Als het aantasten van andermans naam en goede eer al niet mag, dan geldt dat zeker voor de Naam en goede eer van de Allerhoogste! Godslastering moet daarom strafbaar zijn en blijven. De strafbepaling over smalende Godslastering mag geen dode letter zijn en moet, als optreden op basis daarvan niet mogelijk is, worden aangescherpt. Gemeenten die ernst maken van een ‘vloekverbod’, moeten daarvoor de ruimte hebben.
Nogal wat mensen doen alsof de wereld van henzelf is. Zo zorgen ze voor veel overlast. Daar is maar één remedie voor: lik-op-stuk.
Soft- en harddrugs zijn schadelijk voor de gebruikers ervan en zorgen voor veel ellende, ook in gezinnen en families. Alleen al om die redenen is vergoelijking of legalisering van drugs(gebruik) onaanvaardbaar. Daarom moet het beleid aangescherpt worden en gaan alle coffeeshops op slot.
De cijfers wijzen het uit: steeds meer Nederlanders raken verslaafd aan een of andere vorm van gokken, met alle gevolgen van dien, ook voor gezinnen! In plaats van dat de regering daar iets aan doet, profiteert ze ervan. Dat moet anders. Om te beginnen door laagdrempelige gokmogelijkheden te verbieden. Ook moet de Staatsloterij worden afgeschaft. Echter: zolang het bestaande gedoogbeleid blijft bestaan, moet de kansspelbelasting stevig worden verhoogd om op die manier het gokken tegen te gaan.
Geweld en agressie tegen ambulancepersoneel, buschauffeurs, politieagenten, brandweerlieden en andere hulpverleners en/of dienstverleners moet extra zwaar worden bestraft.
Het moet makkelijker worden verhaal te halen bij de ouders van jongeren die willens en wetens vernielingen aanrichten of anderszins schade veroorzaken.
Rechtspraak Het is fnuikend voor het rechtsgevoel, en dus ook voor het vertrouwen in de rechtsstaat, als criminelen er met een straf van af komen die nauwelijks als een straf ervaren wordt. Even slecht is het als veroordeelden, omdat er te weinig cellen zijn binnen de kortste keren weer vrij rond lopen. Zoals het evenzeer ergerniswekkend is als strafzaken te lang duren. Om verdere erosie van het overheidsgezag te voorkomen, moet er van deze knelpunten meer werk worden gemaakt. Tegelijkertijd geldt dat ons er veel aan gelegen moet zijn om te investeren in een eerlijke herkansing voor degenen die hun straf hebben uitgezeten. Er kan en moet véél meer gebeuren om ex-gedetineerden te begeleiden in de gevangenis, maar daarna ook erbuiten. Wie eens steelt, is níet altijd een dief!
Er moeten meer cellen komen. In de meeste gevallen is er ook geen bezwaar tegen om twee of meer personen in één cel op te sluiten, als dat noodzakelijk is.
Veelplegers moeten langer kunnen worden opgesloten.
Taakstraffen moeten ook echt een straf zijn voor degenen die ze opgelegd krijgen.
Ex-delinquenten moeten verplicht begeleid worden, bijvoorbeeld door een ‘buddy’ of een ander die zich om hem of haar bekommert. De overheid moet daar voldoende middelen voor beschikbaar stellen.
Onverbeterlijke delinquenten moeten in werkkampen worden opgesloten en ‘heropgevoed’.
Er moet een eind komen aan de praktijk dat gevangenen vervroegd worden vrijgelaten.
Voor uitzonderlijk ernstige en onomstotelijk bewezen gevallen van moord, zoals oorlogsmisdaden of aanslagen gepleegd met een terroristisch motief, moet het (weer) mogelijk zijn om de doodstraf uit te spreken.
Grondwet en grondrechten De Grondwet begint met een groot aantal grondrechten. Die hebben ieder een eigen ontstaansgeschiedenis en waarde. Alleen al om die reden is het onjuist om artikel 1 van de Grondwet te verheffen tot een soort superartikel waarvoor alle andere rechten moeten wijken. Op die manier zou de gelijkheidsideologie van de Verlichting worden opgelegd aan iedereen en zouden grote groepen mensen die er anders over denken monddood worden gemaakt. De Grondwet zou overigens aan waarde winnen als die zou worden voorzien van een inleiding waarin duidelijk verwezen wordt naar de christelijke wortels van de Nederlandse staat.
Artikel 1 van de Grondwet mag niet gaan fungeren als maatstaf voor alle andere artikelen. Grondrechten zijn niet onbegrensd en houden elkaar in balans. Daarom is het aanbrengen van een rangorde in de grondrechten onverstandig en ongewenst.
De Grondwet dient te worden voorzien van een préambule waarin aandacht wordt besteed aan met name de strijd die werd gevoerd voor de vrijheid voor mensen om God te dienen overeenkomstig wat God ons in Zijn Woord voorhoudt.
Binnenlands bestuur Waar burgers zich niet of nauwelijks druk om maken, zijn de typisch Haagse discussies over het middenbestuur of over de vraag of de kabinetsinformateur nu door de Koningin of door de Kamer moet worden aangewezen. Klachten van burgers over overheidsdiensten gaan veelmeer over ingewikkelde procedures, lange wachttijden en de ‘papierberg’ waar ze tegenop lopen. En over het feit dat ‘hun’ woonplaats wordt gedwongen op te gaan in een grotere gemeente. Dát zorgt voor verwijdering tussen de Nederlanders en hun bestuurders. Daarom moet er alles aan worden gedaan om aan díe problemen het hoofd te bieden. Dat doe je niet met allerlei door politici bedachte staatsrechtelijke en bestuurlijke foefjes, maar door de dagelijkse praktijk van ‘de mensen in het land’ serieus te nemen en daadwerkelijk iets aan hun klachten te doen. En door eerlijk en betrouwbaar te zijn!
De representatieve democratie zoals die in Nederland al jaren functioneert, voldoet in het algemeen best goed. Dat mag ook wel eens gezegd worden! Politici die het doen voorkomen dat het anders is en zo zélf bijdragen aan een slinkend vertrouwen, moeten vooral bij zichzelf te rade gaan.
Gemeenten mogen alleen nog worden heringedeeld als het initiatief komt vanuit de lokale gemeenschap zelf of als zij duidelijk niet in staat zijn hun takenpakket uit te voeren.
De gemeentelijke autonomie moet worden versterkt; het aantal medebewindstaken dient te worden teruggedrongen. Bij voorkeur wordt een overheidstaak aan één bestuurslaag opgedragen. Op die manier kan tevens de ‘bestuurlijke drukte’ worden ingeperkt en wordt zichtbaar welke bestuurslaag verantwoordelijk is voor een bepaalde taak.
Zoveel mogelijk decentrale taken moeten door middel van objectieve verdeelmaatstaven uit het provincie- en Gemeentefonds worden bekostigd.
Omdat niet alle gemeenten en niet alle provincies even groot zijn, mogen er best verschillen zijn in de takenpakketten.
De SGP is geen voorstander van de gekozen burgemeester. De huidige praktijk dat de gemeenteraad een belangrijke stem in het kapittel heeft bij de benoeming van een nieuwe burgemeester is positief.
Door de inkrimping van het gemeentelijke ‘belastinggebied’ hebben gemeenten veel vrijheid voor het voeren van een eigen beleid in moeten leveren. Om gemeenten meer armslag te geven, moeten zij weer ruimte krijgen om eigen inkomsten te verwerven.
Er kan en moet meer gesneden worden in het aantal (advies)commissies op lokaal, provinciaal en landelijk niveau.
Om meer slagvaardig te kunnen zijn, moeten allerlei procedures worden bekort, bijvoorbeeld bij de aanvraag van vergunningen, ontheffingen of andere regels waarmee burgers direct te maken hebben.
Waterschappen spelen vanouds een belangrijke rol in het ‘waterbeleid’. Dat moet zo blijven. Waterschappen dienen te zorgen voor ‘droge voeten’ (dus: goede waterkeringen) en schoon water (goed kwantiteits- en kwaliteitsbeheer). Willen ze deze taken goed uit kunnen voeren, dan moeten er voldoende middelen over de brug komen.

6. Bouwen en bewaren
‘De aarde is des Heeren, mitsgaders haar volheid, de wereld en die daarin wonen’ (Psalm 24:1). Duidelijker kan niet gezegd worden dat niet wij het hier voor het zeggen hebben, maar God. Het is Zijn aarde! Wij mensen zijn rentmeesters, zoals dat zo mooi heet. Onze taak is het om Gods eigendom te beheren. We mogen dat doen, maar wél in Zíjn zin!
Hoe? Ook daarover laat de Schepper Zijn licht schijnen. Direct al na de voltooiing van Zijn scheppingswerk, geeft God aan de mens de opdracht om de aarde te bouwen en te bewaren. Die twee woorden bevatten een opgave tot op de dag van vandaag. Bouwen, dat wil zeggen: gebruik maken van de mogelijkheden die in de schepping voorhanden zijn. Bewaren, dat houdt in: er zorgvuldig mee omgaan, opdat ook onze kinderen en kleinkinderen er gebruik van kunnen maken en ervan kunnen genieten.
Dat is vaak passen en meten, en al helemaal in een dichtbevolkt land als het onze, waar allerlei belangen, wensen en eisen met elkaar strijden. De ruimte, en dus de mogelijkheden zijn nu eenmaal beperkt. Boeren lopen daar tegenop, net als huizenbezitters, mensen die werkzaam zijn in de bouw of in de transportsector. En automobilisten en reizigers met trein of bus weten er eveneens over mee te praten. Dat is en blijft zoeken naar een goede balans. Want wil Nederland leefbaar zijn en blijven, dan zal er naast de nodige aandacht voor het ‘bouwen’, eveneens oog moeten zijn voor al het mooie en schone dat het waard is om te bewaren. Hier en elders!
Landbouw en visserij • Akkerbouw, veeteelt en tuinbouw Leuk of niet, feit is dat het Nederlandse landbouwbeleid grotendeels gemaakt wordt in Brussel. De speelruimte van ‘Den Haag’ is gering. Waar nog bijkomt dat ook Europa gebonden is aan internationale afspraken over handel en tarieven, ook voor (landbouw)producten. De ‘liberalisering’ die op die manier groeit, is bedreigend voor veel Nederlandse boeren en tuinders, omdat ze moeilijk kunnen opboksen tegen grote(re) spelers op de wereldmarkt. Steeds meer boeren moeten daarom noodgedwongen stoppen. Triest! De SGP pleit voor een levensvatbare plek voor boeren en tuinders in ons land. De sector kan daar zelf aan bijdragen door alles op alles te zetten om ‘bij te blijven’ en goede kwaliteit te leveren. De regering kan helpen door minder administratieve en financiële lasten op te leggen en door (gezonde) nieuwe ontwikkelingen aan te moedigen.
Bedrijfsovernames aan jonge boeren moeten verder worden gestimuleerd.
De papieren rompslomp moet tot een minimum teruggebracht worden.
Europese regels moeten in alle lidstaten gelijk worden toegepast en gehandhaafd (gewasbeschermingsmiddelen!).
De exportsubsidies en importheffingen moeten geleidelijk worden afgebouwd, waarbij een termijn in acht moet worden genomen van zeven jaren. Daar staat tegenover dat de bestaande inkomenssteun (toeslagrechten) niet mag worden afgebouwd.
Europese gelden voor plattelandsontwikkeling moeten vooral ten goede komen aan agrarische doelen.
Er moet meer worden geïnvesteerd in mestbewerking en -verwerking.
Greenports (glastuinbouw, bollen- en bomenteelt) zijn waardevol en economisch van grote betekenis. De overheid moet de aanleg en ontsluiting van deze ‘groene havens’ stimuleren.
Om meerdere redenen is het zinvol om de rol van de landbouw bij de energieproductie te vergroten (o.a. biodiesel!). Dat kan door deze ontwikkeling fiscaal én anderszins te ondersteunen.
Tuinders die willen overschakelen op duurzame productiemethoden, moeten daarbij worden geholpen.
Goede landbouwgrond mag niet ontpolderd worden.
• Voedsel en vee Terecht is er toenemende aandacht voor de kwaliteit van ons voedsel. De schandalen die de laatste jaren in Nederland en daarbuiten veel ophef veroorzaakten, drukken ons met de neus op het feit dat we met onze massaproductie en monocultures wel erg kwetsbaar zijn. Voor de producenten, die heel makkelijk in een kwaad daglicht kunnen komen te staan, moet dit een les zijn om het maximaal mogelijke te doen om op een eerlijke manier hoogwaardige en gezonde producten af te leveren. Daar hoort onlosmakelijk bij dat recht wordt gedaan aan de dieren die aan onze zorgen zijn toevertrouwd. Als de Bijbel ons voorhoudt dat ‘De rechtvaardige het leven van zijn beesten kent’, heeft dat óók veehouders en transporteurs iets te zeggen!
Biologische landbouw moet veel meer worden gestimuleerd, met name door biologische producten dichter bij de klant te brengen.
De overheid moet er zorg voor dragen dat er een voedselketen blijft die gegarandeerd vrij is van genetisch gemanipuleerd ‘materiaal’.
Bij genetische manipulatie van en met dieren dient strikt te worden vastgehouden aan het uitgangspunt ‘nee, tenzij’. Het mengen van diersoorten is geen optie.
Er geldt geen pardon voor bedrijven die ‘rommelen’ met (grondstoffen voor) voedsel.
Voedselvernietiging is zonde – letterlijk en figuurlijk. Initiatieven die worden ondernomen om zo weinig mogelijk voedsel verloren te laten gaan, verdienen steun.
Het massaal doden van vee en de vernietiging van alle vlees bij uitbraken van zeer besmettelijke dierziekten zoals bijvoorbeeld mond- en klauwzeer, zijn niet te verdedigen en mogen in principe dus ook nooit meer voorkomen. Nederland moet zich op dit punt inzetten voor een ander (Europees) beleid.
Koeien horen (’s zomers) in de wei. De overheid kan en moet dat promoten door weidegang te koppelen aan faciliteiten voor duurzaam ondernemen.
Er dient scherp(er) te worden toegezien op diertransporten. Het gesleep met beesten door Europa is slecht, al was het maar uit een oogpunt van dierziekten.
• Visserij Wat je bij boeren op het land ziet, zie je ook op zee: steeds meer vissers houden het hoofd niet meer boven water. Terwijl Nederland, al was het maar door haar ligging aan de zee, vanouds toch een land is waar heel veel hardwerkende vissermannen de kost verdienen en Nederlandse visserijproducten bijdroegen tot een positieve handelsbalans met het buitenland. Dat moet zo blijven!
Nederland moet in Brussel het pleit voeren voor meerjarige in plaats van eenjarige visquota.
Europese regels, o.a. over aanlandingen en pk’s van kotters, moeten in héél Europa identiek worden toegepast en gecontroleerd.
De visserij (inclusief schelpdiercultures) dient een redelijke tijd te krijgen om te ‘verduurzamen’. De overheid kan daarbij helpen door zo’n omslag ook financiéél aantrekkelijk te maken.
• Natuur en landschap Nederland kent niet één, maar meerdere karakteristieke landschappen. Voor een klein deel zijn die min of meer natuurlijk gegroeid, voor het grootste deel zijn die het resultaat van vaak eeuwenlang menselijk ‘beheer’. Behoud van ‘het Nederlandse landschap’ is noodzakelijk, allereerst ter wille van dat landschap en de flora en fauna zélf, en ook omdat veel mensen er op adem kunnen komen.
Bij verwerving van landbouwgrond voor natuur moet voorrang worden gegeven aan agrarisch en particulier natuurbeheer boven aankoop door de overheid.
Reeds gesloten natuurbeheercontracten moeten zoveel mogelijk worden verlengd.
De veldpolitie moet terug, al was het maar om de jacht op stropers en vervuilers te heropenen!
Natuurbeheerders die aantoonbaar goede initiatieven ontwikkelen, moeten recht krijgen op een financiële vergoeding.
Ruimte en wonen Nederland is één van de dichtstbevolkte landen ter wereld. Dat betekent woekeren met en op de schaarse grond. De regering heeft daar al heel wat nota’s over geschreven, soms met heel verschillende uitkomsten. Voor de SGP is een vast ijkpunt dat gemeenten en provincies voldoende ruimte moeten hebben voor het voeren van een eigen beleid. Zo kan adequaat worden ingesprongen op lokale wensen en mogelijkheden, ook en met name als het gaat om het wonen. Speciale aandacht is nodig voor mensen die minder verdienen. In het huidige beleid komen die er namelijk maar bekaaid af.
Woningbouwcorporaties moeten hun vermogen gebruiken om betaalbare (huur)woningen te bouwen.
Gemeenten moeten de vrijheid hebben om voldoende te kunnen (laten) bouwen om onderdak te bieden aan de lokale bevolking.
Om de groene gebieden zo groen mogelijk te houden, moet bij het aanwijzen van grotere bouwlocaties gekozen worden voor geconcentreerde spreiding. In de praktijk betekent dat groei van met name middelgrote steden.
In stedelijke gebieden moet eerst en vooral geïnvesteerd worden in achterstandswijken.
De overheid draagt zorg voor voldoende betaalbare (huur)woningen voor met name diegenen die in de lagere inkomensklassen zitten.
De achterstanden bij het restaureren van monumenten moeten zo snel mogelijk worden weggewerkt. Daarbij moeten de verschillende soorten monumenten evenredig aan bod komen.
Starters en hypothekenEen apart probleem is dat de huizenmarkt kampt met een hoge vraag en een laag aanbod. De enorme prijsopdrijving die daarvan het gevolg is, maakt het voor o.a. (jonge) starters bijna onmogelijk om een geschikte woning te vinden en te financieren. Aangezien de vraag naar woonruimte door de overheid nauwelijks te beïnvloeden is, kan de druk op de woningmarkt het best verlicht worden door het aanbod te vergroten. Daar kan het vereenvoudigen van de bestaande regels bij helpen. Extra voorzieningen voor starters en anderen die minder te besteden hebben, kunnen eveneens meer lucht geven.
In de woningbouw moeten de bestaande regels en procedures worden vereenvoudigd en versoepeld.
Het moet makkelijker worden om bestaande woningen ‘uit te breiden’ met bij- en uitbouw ten behoeve van gezinnen en/of familieleden.
Voor starters op de woningmarkt moet de overdrachtsbelasting worden afgeschaft. Lokale startersfaciliteiten dienen door het Rijk te worden ondersteund.
De belastingaftrek voor hypotheken blijft voor de bestaande gevallen intact. Voor nieuwe hypotheken moet de rente slechts aftrekbaar zijn voor schulden van maximaal 400 duizend euro.
Op termijn moet worden bekeken of het haalbaar en zinvol is de maximale hypotheekrenteaftrek geleidelijk verder te verlagen onder gelijktijdige verlaging van de overdrachtsbelasting en andere woning-gerelateerde belastingen, zoals het fiscale eigen-woningforfait.
Verkeer Naarmate meer mensen meer mogelijkheden hebben om zich te verplaatsen, neemt de behoefte om op pad te gaan toe. Dat daar ook grenzen aan zijn, ervaren velen iedere dag aan den lijve. Het verkeer loopt dagelijks vast, terwijl het openbaar vervoer nog lang geen volwaardig alternatief is. Het is een illusie te denken dat in een zó vol land als het onze, files en andere vervoersproblemen op korte termijn opgelost zijn. Al was het maar omdat de bevolking blijft groeien en de ruimte (relatief gezien) minder wordt, zeker in en om de Randstad. Aan soms pijnlijke keuzes valt dan ook niet te ontkomen. Uitgangspunt daarbij is dat de intensiefste gebruiker en ergste vervuiler ook het meest betaalt. Dat is wel zo eerlijk, en hopelijk vormt het een rem op nóg meer overlast en overbelasting.
• Weg
Om het verkeer veiliger (en ook iets schoner) te maken, moet er een variabele maximumsnelheid komen en moet er meer gecontroleerd worden (ook op alcohol- en drugsgebruik). Verder moet er meer aan verkeersonderwijs worden gedaan en zal er een ‘alcoholslot’ ingevoerd moeten worden voor bestuurders die betrapt zijn op het rijden onder invloed.
Er moet werk worden gemaakt van de invoering van een, afhankelijk van tijd en plaats verschillende, kilometerheffing.
Voor het oplossen van knelpunten in de infrastructuur moet er extra geld worden uitgetrokken.
Net als in veel omringende landen moet er een verbod komen op vrachtverkeer op zondag.
Het verkeersprobleem tussen Almere en Amsterdam moet worden opgelost door de stroomlijning en opwaardering van bestaande verbindingen plus een opwaardering van het openbaar vervoer. Dus: geen tunnel onder het Naardermeer!
Gemeenten, provincies en waterschappen moeten worden gestimuleerd om fietspaden aan te leggen en te verbeteren. Veiliger oversteekplaatsen en voldoende fietsenstallingen bij bijvoorbeeld stations en winkelcentra kunnen eveneens helpen meer mensen wat vaker de fiets te laten pakken.
• Spoor
Er moet meer geld worden uitgetrokken voor het bevorderen van het openbaar vervoer.
De Betuwelijn mag niet oneerlijk concurreren met de binnenvaart.
Het schrappen van de Zuiderzeelijn (Amsterdam-Groningen-Hamburg) is onontkoombaar. Daarom moet er gewerkt worden aan alternatieven waar het noorden baat bij heeft.
Bekeken moet worden of internationale ‘treinshuttles’ (treinen geschikt voor trailervervoer) veel verkeer van de (auto)wegen af kunnen halen.
• Lucht
Schiphol kan om verschillende redenen niet blijven groeien op de huidige locatie. Uitbreiding, indien echt noodzakelijk, moet daarom elders plaatsvinden, waarbij te denken is aan een eiland in zee.
• Water
Relatief goedkoop en gegarandeerd het schoonst is vervoer over water, de zee- en binnenvaart dus. Regelingen om het aantrekkelijk te maken oude schepen milieuvriendelijk om te bouwen, moeten worden uitgebouwd.
De knelpunten in het vaarwegennet moeten voortvarend worden aangepakt, inclusief het noodzakelijke onderhoud.
De tweede Maasvlakte moet goed bereikbaar zijn voor de binnenvaart.
Energie en milieu De vraag naar energie neemt wereldwijd fors toe, terwijl het aanbod achterblijft. De prijsstijging die daarvan het gevolg is, drukt nu al zwaar op de economie. Daar komt bij dat we voor onze energie sterk afhankelijk zijn van anderen, waaronder veel landen en regio’s die om hun instabiliteit en corruptie slecht bekend staan. De verre aanvoer maakt ons daarbij extra kwetsbaar. Voeg hier de gevreesde klimaateffecten bij (CO²), en iedereen beseft dat één van de moeilijkste opgaven waar we voor staan, is ervoor te zorgen dat er voor iedereen voldoende (schone) energie beschikbaar blijft. Dat is onder andere een kwestie van ‘energiebewust’ gedrag, iets waar de regering via heffingen en beloningen aardig in sturen kan en waar Nederland ook internationaal een taak heeft liggen. Want de zorg voor gezond water en lucht en een schone bodem houdt niet op bij de landsgrenzen. Als ergens geldt, dat goed rentmeesterschap bittere noodzaak is, dan is het wel hier.
• Energiebesparing
Bij renovatie van bestaande woningen moet de energieklasse verbeterd worden.Aanschaf van zuinige(r) apparaten en systemen moet nóg meer worden gestimuleerd.
• Alternatieve energie
Onderzoek naar en toepassing van goedkoop te produceren zonnecellen moet sterker aangezet worden.
Zeker in Nederland, in het bijzonder voor onze kust, moet meer te halen zijn uit windenergie. Wie wind vangt, zal energie oogsten.
Betere benutting van biomassa levert meer schone energie op en daarom moet benutting van biomassa worden gestimuleerd.
Kernenergie is een aanvaardbare tussenoplossing zolang het niet mogelijk is op een verantwoorde manier aan onze noodzakelijke energiebehoefte te voldoen door schone energiebronnen. Borssele is een uitstekende locatie voor de bouw van een tweede kerncentrale.
• Vergroening en afval
Gemeenten moeten verplicht worden een variabele afvalstoffenheffing (‘diftar’) in te voeren, zodat iedereen betaalt voor zijn eigen hoeveelheid afval.
Er moet een accijns op kerosine worden ingevoerd.
Er moet werk worden gemaakt van de invoering van een afhankelijk van tijd en plaats verschillende kilometerheffing.
Er moet een (Europees) invoerverbod komen op illegaal gekapt hout, met name uit de tropische regenwouden.
Er moet een vuurwerkheffing worden ingevoerd.
Roetfilters op (vracht)auto’s worden verplicht.
Er moeten geen nieuwe afvalverbrandingsinstallaties meer worden gebouwd. Storten is schoner en goedkoper dan verbranden.
Waterstaat Gelet op de steeds lagere ligging van Nederland en de klimaatvoorspellingen, is en blijft goed waterbeheer wezenlijk. Trouwens, tien jaar geleden bleek in het rivierengebied nog eens hoe belangrijk het is om op dit punt waakzaam te blijven. Wordt die oude waterstaatstaak verwaarloosd, dan lopen we letterlijk het risico kopje onder te gaan.
Bij ‘ruimtelijke’ besluiten, zoals de aanwijzing van bouwlocaties, moeten de implicaties van die besluiten voor de waterhuishouding veel gewicht in de schaal leggen.
Omdat veiligheid een eerste vereiste is, moet er altijd voldoende geld beschikbaar zijn voor noodzakelijke dijk- en kustversterkingen.

7. Ons dagelijks brood
‘Geef ons heden ons dagelijks brood’. Dit gedeelte uit het bekende gebed des Heeren drukt ons met de neus op het feit dat we, als het gaat om het levensonderhoud van onszelf en onze gezinnen, volledig afhankelijk zijn van God. Zonder Zijn zegen heeft al ons werken geen zin. Dat is een notie waar we niet genoeg van doordrongen kunnen zijn. En áls we dat zijn, beseffen we eens te meer dat het een eer is om de ons gegeven gaven en talenten te gebruiken in de zin van Hem Die ze ons heeft toevertrouwd. Dan zal het goed zijn en gaat de wel-vaart niet ten koste van het wel-zijn. Dan mag er zegen worden verwacht!
Willen we onze bijbelse opdracht zo goed mogelijk kunnen uitvoeren, dan is in onze maatschappij een gezonde economische basis onmisbaar. Bij het creëren van die basis is de rol van de overheid beperkt. In essentie komt die rol neer op het aanmoedigen van de in de maatschappij aanwezige gaven en krachten. Daardoor kan het particulier initiatief goed tot z’n recht komen, zodat ieders persoonlijke verantwoordelijkheid als rentmeester inhoud krijgt. Ook hier geldt voor ieder mens de volop actuele scheppingsopdracht: bouw en bewaar de aarde. En, nadat de mens z’n eigen gang ging: in het zweet uws aanschijns zult gij uw brood eten!
De andere kant van de medaille is dat de mens niet ongebreideld zijn gang mag gaan. Hij heeft een duidelijke verantwoordelijkheid tegenover God en tegenover zijn omgeving. Die verantwoordelijkheid moet hij in eerste instantie zélf invullen. Voor de overheid ligt er een taak om grenzen te trekken en om duidelijke normen te stellen, want ook in het economische leven openbaart zich maar al te snel de ‘ongebondenheid’ van de mensen. De desastreuze gevolgen daarvan kennen we: uitbuiting van de aarde, voortdurende onrust en roofbouw op mensen en toekomstige generaties. Daarnaast heeft de regering uitdrukkelijk de roeping om hen die niet, of minder goed inhoud kunnen geven aan hun verantwoordelijkheid, te helpen en te ondersteunen. Dat is de overheid als ‘schild der zwakken’. De doelstelling is natuurlijk niet om mensen afhankelijk te maken van ‘vadertje staat’, maar om ze verder te helpen, en waar mogelijk (weer) op eigen benen te leren staan.
Zondag Wat een zegen is de zondag! Een geschenk van God, die Dag des Heeren. Het mooiste van die dag is de verkondiging van de Boodschap van Wet en Evangelie, en de regering zou er veel aan gelegen moeten zijn om ruimte te maken voor dat heilzame Woord. Meer rust op die dag zou bovendien een verademing zijn voor álle Nederlanders, om zo in de komende (werk)week weer een frisse start te kunnen maken. Een onvergelijkbare dag, van harte aanbevolen!
De Zondagswet moet worden gehandhaafd en verbeterd om de centrale plaats van de zondag als rustdag te behouden.
De Winkeltijdenwet moet worden aangepast, en wel zodanig dat de winkels op zondag gewoon weer gesloten zijn. De gaten (het toeristisch regime bijvoorbeeld) in de bestaande wet dienen te worden gedicht.
De Arbeidstijdenwet moet worden aangescherpt, zodat de zondag als rustdag wordt beschermd.
Iedere werknemer die de zondag wil ‘heiligen’ en daarom op die dag niet wil werken, moet die vrijheid hebben en daar geen nadelige gevolgen van ondervinden.
Economie Nadat Nederland in de achterliggende jaren minder dan gemiddeld presteerde, trekt de economie nu weer aan. Bedrijven melden goede resultaten. Daarnaast melden zich ook weer veel nieuwe ondernemers aan. In lijn daarmee neemt het aantal arbeidsplaatsen toe en daalt de werkloosheid. Of dat nu te danken is aan internationale ontwikkelingen of het beleid van het kabinet, of beide, het is een feit dat tot dankbaarheid stemt.
Tijd om achterover te leunen is er echter niet. Uit het verleden weten we dat het economische tij snel kan keren. Zowel nationaal als internationaal zijn er ontwikkelingen gaande die de Nederlandse economie voor forse uitdagingen stellen. Denk alleen maar aan de betaalbaarheid van ons sociale zekerheidsstelsel, die een enorme wissel trekt op onze uitgaven. Of aan de mondialisering, waardoor de concurrentie uit het buitenland steeds sterker wordt. Oost-Europese landen zoals Polen, maar ook China en India, liggen om de hoek.
Wil Nederland het menselijkerwijs gesproken economisch redden, dan moet de regering zich in de komende kabinetsperiode richten op twee punten. Eén: het stimuleren van het ondernemerschap. Twee: investeren in innovatie en kennis.
• Ondernemerschap Waar de regering rechtstreeks iets aan kan doen, is aan (een deel van) de kosten die bedrijven maken en aan de administratieve lastendruk. Op dit punt heeft het tweede kabinet-Balkenende (met steun van de SGP) gelukkig al een aardige slag geslagen, maar er kan nog meer. En dat moet ook wel, willen we het op kunnen nemen tegen oude en nieuwe kapers op onze kust. De SGP wil hierbij vooral oog hebben voor een goed functionerend midden- en kleinbedrijf. Het MKB maakt immers een belangrijk deel van de economie en de werkgelegenheid uit.
Om de prikkel tot ondernemerschap te vergroten en de internationale concurrentiepositie te verbeteren, moet de vennootschapsbelasting (VPB) verlaagd worden. Dat werkt natuurlijk alleen als Nederland op dit punt in de pas loopt met andere Europese landen. De verlaging van deze belasting dient gefinancierd te worden uit verbreding van de grondslag.
Bij de belasting voor ondernemingen moet er gekeken worden naar een evenwichtige benadering tussen midden- en kleinbedrijf aan de ene kant en het grootbedrijf aan de andere kant. Vooral de belasting voor kleinere ondernemers mag niet te hoog worden.
De administratieve lastendruk moet blijvend worden verminderd. Dit geldt niet alleen nieuwe regelgeving, maar vooral ook de bestaande regelgeving moet regelmatig tegen het licht worden gehouden om nut en noodzaak te toetsen. Het kleinbedrijf heeft tot nu toe te weinig voordeel gehad van de vermindering van lasten.
Het moet makkelijker worden om een bedrijf te starten. Vooral in het midden- en kleinbedrijf (MKB) loopt men nog veel te vaak op tegen allerlei regels en bepalingen die een onnodige rem zijn op beginnend ondernemerschap.
Ondernemerschap moet een verplicht vak worden op alle HBO- en WO-opleidingen die economisch gericht zijn.
De overheid moet in samenspraak met het bedrijfsleven initiatieven nemen om de veiligheid van ondernemers te waarborgen.
• Innovatie Wie niet sterk (en groot) is, moet slim zijn. Dit gezegde is wel bij uitstek van toepassing op Nederland. Om de eenvoudige reden dat we, gelet op onze omvang en andere niet te beïnvloeden omgevingsfactoren, nu eenmaal groot noch sterk zijn. Op de lange(re) termijn moet Nederland het dan ook vooral hebben van de kennis die we al in huis hebben en waar we hard aan moeten trekken om die op peil te houden. Dat betekent dat zowel ondernemers als de overheid zullen moeten inzetten op de verdere ontwikkeling van kennis en innovatie. Twee speerpunten daarbij zijn het milieu en de productieprocessen. Lukt het inderdaad om te innoveren, dan geeft dat een goede uitgangspositie om de Nederlandse economie weerbaar en concurrerend te houden.
Er moeten kenniscentra komen waarin de nadruk ligt op onderzoek naar vernieuwingen en verbeteringen gericht op het verlagen van de milieudruk en efficiënte productieprocessen. Een belangrijke prioriteit is hierbij het stimuleren van processen die de noodzaak van 7*24 uursprocessen verminderen, zodat de zondag weer een duidelijke rustdag kan worden.
Het NWO-programma (Nationaal Wetenschappelijk Onderzoek) wordt uitgebreid met een cluster voor toegepast wetenschappelijk onderzoek. Het moet gaan om onderzoek waarvan de praktische toepassing ten goede komt aan het Nederlandse bedrijfsleven.
Universiteiten krijgen extra middelen om afgestudeerden te stimuleren een eigen bedrijf te beginnen dat gelieerd is aan de universiteit.
Universiteiten moeten meer samen gaan werken met regionale bedrijven om de aansluiting van onderzoek en gebruik van de resultaten te verbeteren.
Het Hoger Beroepsonderwijs (HBO) en universitair onderwijs moeten beter afgestemd worden op innovatie die aansluit bij de arbeidsmarkt. De ministeries van Economische Zaken en Onderwijs moeten een plan van aanpak presenteren.
Om de innovatie te bevorderen moeten er ‘gedereguleerde proefterreinen’ aangewezen worden voor terreinen waar nog geen adequate wetgeving voor is. Daarop kunnen, uiteraard met behoud van minimumwaarborgen voor de veiligheid, nieuwe en vernieuwende initiatieven worden ontplooid. Minder bureaucratie betekent zo meer bedrijvigheid.
Arbeid Wie z’n leven zinvol wil besteden, kan dat het best doen door te leven ten dienste van God en van zijn naaste. Dat kan door onder meer je belangeloos in te zetten voor anderen. Velen doen dat: vrouwen, mannen, meisjes en jongens die op tal van manieren anderen een handje helpen. Hun bijdrage aan de maatschappij is letterlijk en figuurlijk van onschatbare betekenis. Een andere, en eveneens onmisbare manier om de Bijbelse opdracht in te vullen is deelname aan het arbeidsproces. Dat is ook hard nodig, wil een gezin en wil de huidige gecompliceerde samenleving ‘draaiende’ gehouden kunnen worden. Iedereen is in eerste instantie zélf als eerste verantwoordelijk voor het levensonderhoud van zichzelf en zijn gezin. Daarbij geldt het (bijbelse) uitgangspunt dat de arbeider zijn loon waardig is en dus een eerlijke beloning krijgt voor zijn inspanningen. Op de schouders van alle werkenden, werkgevers, werknemers en zelfstandigen, drukt een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de hele economie.
Er moet meer worden gedaan om jongeren aan het werk te krijgen. Jongeren beneden de 23 jaar krijgen alleen een uitkering als ze een opleiding volgen of aangeboden alternatief werk accepteren.
De regeling voor spaarloon moet worden gehandhaafd.
De levensloopregeling moet flexibeler ingezet kunnen worden. Er moet een breed pakket aan mogelijkheden komen, zodat gespaarde gelden ingezet kunnen worden om arbeid en zorg beter te verdelen over het leven. Ook moet het mogelijk worden om de gespaarde tegoeden in te zetten voor scholing of ten behoeve van aanvullend pensioen bij het bereiken van de AOW-leeftijd.
Werknemers uit binnen- en buitenland moeten gelijk behandeld worden. Werknemers uit het buitenland mogen niet oneerlijk concurreren, bijvoorbeeld door te werken met lagere inkomens dan hun ‘binnenlandse’ collega’s.
Het moet eenvoudiger worden mensen in vaste dienst te ontslaan. Dit zorgt ervoor dat mensen ook weer sneller in dienst worden genomen. Een soepeler ontslagrecht kan alleen, als dit gepaard gaat met de plicht voor werkgevers om zich in te zetten voor plaatsing van werknemers op een andere plek binnen het bedrijf of begeleiding naar een werkplek buiten het bedrijf. Dit kan door werkgevers meer verantwoordelijk te maken voor de financiering van de Werkloosheidswet.
Het belang van scholing, ook van werkenden, is groot. De overheid moet daar meer op inzetten. Dat kan via de levensloopregeling; dat kan bovendien door fiscale aftrek voor opleidingskosten.
Loonmatiging zal noodzakelijk blijven om de Nederlandse bedrijven concurrerend te houden met het buitenland. Dit sluit niet uit dat in bepaalde sectoren de lonen meer mogen stijgen als dat nodig is om mensen aan te trekken.
Voor salarissen waarmee overheidsgeld gemoeid is, moet er een salarisschaal komen die is gekoppeld aan de salarisschalen van de overheid. Onevenredig hoge inkomens worden hiermee zoveel mogelijk voorkomen. IJkpunt is het salaris van de minister-president.
Jong geleerd, oud gedaan. Uitgaande van de waarheid van dit gezegde, moet overwogen worden of er een ‘sociale dienstplicht’ moet worden ingevoerd die met name jongeren in staat stelt om de handen uit de mouwen te steken en nuttige ervaring op te doen. Dit dient vorm te krijgen via het onderwijs.
Sociale zekerheidVelen kunnen, door wat voor omstandigheid dan ook (bijvoorbeeld ziekte, werkloosheid of een handicap), niet meer werken. Anderen hoeven dat niet meer, omdat ze hun hele leven al hebben gewerkt en het op een gegeven moment welletjes is. Het aantal niet-werkenden stijgt dagelijks. Dat gegeven legt een steeds zwaardere last op degenen die nog wél aan het arbeidsproces deelnemen. Het stelsel van sociale zekerheid dat er is om iedereen een fatsoenlijk bestaan te garanderen (ook dat is een bijbels principe!), staat dan ook onder een toenemende druk. Al jaren wordt daar ernst mee gemaakt en zijn er, soms pijnlijke, maatregelen genomen om het geheel betaalbaar te houden. Maar we zijn er nog niet. Op dit moment dient alle aandacht uit te gaan naar de manier waarop de gevolgen van de vergrijzing kunnen worden ondervangen.
De koppeling tussen lonen en uitkeringen blijft gehandhaafd.
Mensen die al lang van een uitkering moeten zien rond te komen en waarvan zo goed als zeker vaststaat dat ze op korte termijn niet meer aan het werk kunnen, moeten de komende vier jaar een jaarlijkse extra uitkering krijgen van 500 euro.
Wie fraudeert met sociale zekerheidsgelden, moet keihard worden aangepakt.
Kinderbijslag mag alleen worden gegeven voor kinderen die aantoonbaar in Nederland verblijven.
Ook de komende jaren moet er voldoende aandacht en geld beschikbaar zijn voor de begeleiding naar werk. Concreet betekent het dat fors moet worden ingezet op reïntegratie en zoekprojecten naar werk.
Extra aandacht is nodig voor gedeeltelijk arbeids(on)geschikten. Bezien moet worden of zij voldoende in staat zijn om een deeltijdbaan te vinden.
Uitvoeringsorganisaties moeten geprikkeld worden om hun werk zo goed mogelijk te doen.
De overheid moet er strikt op toezien dat werkgevers voldoende aandacht besteden aan het voorkómen van gezondheidsrisico’s.
In de sociale zekerheid moet weer worden uitgegaan van het gezinsinkomen. De WIA-uitkering (voor arbeidsongeschikten) wordt nu geheel los van wat de partner verdient, vastgesteld, terwijl deze uitkering nu juist bedoeld is als inkomensondersteuning. De SGP vindt deze inkomensondersteuning niet nodig als de partner van de gedeeltelijk arbeidsgeschikte een riant salaris heeft.
De werkloosheidsuitkering moet gekoppeld worden aan bepaalde verplichtingen. Er moet een beter begeleidingstraject komen waarbij een uitkering verkregen kan worden als mensen zich voldoende inzetten voor het krijgen van een nieuwe baan. Als daar om- of bijscholing voor nodig is, is men daartoe verplicht.
De Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) blijft in haar nieuwe vorm bestaan. Wel moeten sw-bedrijven gestimuleerd worden om meer werk te maken van het extern plaatsen van sw’ers. De interne werkplaats moet voorbehouden blijven voor hen die niet bij gewone bedrijven aan de slag kunnen. Om sw-bedrijven hierbij te helpen, krijgen bedrijven die sw’ers aannemen de garantie dat de risico’s voor de komende tien jaar zijn afgedekt.
Overheden moeten meer wsw’ers inschakelen. Liefst vrijwillig, maar als dat niet werkt, moet gedacht worden aan een wettelijke verplichting.
Gemeenten moeten verplicht worden de verschillende vormen van arbeidsmarktbeleid op elkaar af te stemmen. Dat is nodig om te voorkomen dat concurrentie het plaatsen van sw’ers frustreert.
Jongeren met een achterstand in hun opleiding krijgen alleen een uitkering als ze deelnemen aan scholing of een aangeboden baan accepteren.
Vergrijzing en AOWZonder ingrijpende veranderingen is het niet mogelijk een goede oudedagsvoorziening voor iedereen overeind te houden. De SGP wil de lasten hiervan niet eenzijdig op één bevolkingsgroep leggen. Eén van de voorgestelde oplossingen is om nóg meer (jonge) vrouwen aan het werk te krijgen. Feit is dat die oplossing inderdaad meer geld oplevert, maar uiteindelijk pakt ze averechts uit, omdat dat veel stress oplevert en gezinnen er de dupe van zijn. Anderzijds gaat het ook niet aan om alleen maar maatregelen te nemen die de lasten legt op de schouders van de ouderen. Zij hebben tenslotte hard gewerkt en gespaard voor hun pensioen.
Om de lasten zo eerlijk mogelijk te verdelen, kiest de SGP voor het volgende pakket maatregelen:
De overheidsfinanciën moeten verder op orde worden gebracht, lees: de staatsschuld moet verder worden verminderd. Dan blijft er meer geld over voor bijvoorbeeld AOW en andere uitkeringen.
De AOW-leeftijd moet 65 blijven. Dat kan echter alleen als meer mensen ook daadwerkelijk op hun 65e met pensioen gaan. Niet eerder! Wat bovendien zou helpen, is dat mensen die ná hun 65e door willen gaan met werken, daarvoor de gelegenheid krijgen. Het ‘vasthouden’ van ervaring is zelfs positief!Concreet: 1. Het moet mogelijk worden de levensloopregeling te gebruiken voor verhoging van het pensioen. 2. Er komt een recht op flexibele pensionering (eerder dan 65 kan, maar na je 65e doorwerken ook!). 3. Als mensen tijdens hun leven meer werken dan 36 uur per week, dan wordt dit fiscaal voordelig behandeld zodat goedkoop gespaard kan worden, bijvoorbeeld voor kosten voor omscholing.
De overheid moet stimuleren dat de arbeidsduur geleidelijk wordt verhoogd van 36 naar 40 uur per week.
Er valt niet te ontkomen aan het op termijn vergroten van dat deel van de AOW dat via de algemene middelen (belastingen) wordt opgebracht. Dat geldt alleen voor ‘nieuwe gevallen’ met een ruim aanvullend pensioen en moet stapsgewijze worden gerealiseerd.

8. Nederland in de wereld
De media doen dagelijks verslag van gebeurtenissen waarvan de Bijbel aangeeft, dat die kenmerkend zijn voor de eindtijd. Zonde en onrecht vermenigvuldigen zich snel en de liefde tussen mensen en volken ‘verkilt’, met als desastreuze gevolgen: verwoestende oorlogen, op veel plaatsen hongersnood en bittere armoede, en bovendien vreselijke epidemieën die miljoenen slachtoffers eisen. Het zijn de laatste stuiptrekkingen van de strijd die de wereldgeschiedenis al vanaf het begin beheerst en die uiteindelijk uitloopt op de wederkomst van Christus als de Koning van het ware Vrederijk.
Vergeleken met de rest van de wereld, komt Nederland er nog goed vanaf. We leven hier al vele jaren in welvaart en veiligheid, die zijn echter zeer betrekkelijk. Gebeurtenissen ‘ver van ons bed’ hebben steeds vaker steeds grotere gevolgen voor ons doen en laten. Denk alleen al aan ’11 september‘ en de spanningen in het Midden-Oosten. Daar komt bij dat Nederland deel uitmaakt van talrijke internationale verbanden en Nederlandse staatsburgers wereldwijd hun connecties en (handels)betrekkingen hebben.
Dat maakt ons enerzijds afhankelijker van de buitenwereld, anderzijds geeft het kansen om bij te dragen aan veiligheid en stabiliteit om het lenigen van de nood van anderen. Van dat laatste moeten we overigens geen overdreven verwachtingen hebben. Nederland is en blijft beperkt in haar mogelijkheden. Dat verplicht de regering tot het maken van keuzes. Keuzes die wat de SGP betreft aansluiten bij (de rijkdom en waarden van) onze nationale geschiedenis, en er tegelijkertijd blijk van geven dat we oog hebben voor de uitkomst van de wereldgeschiedenis.
Europa Het onverwachte en duidelijke ‘nee’ van Nederland en Frankrijk tegen de ‘Europese Grondwet’ toont aan dat de meesten niets moeten hebben van een grote Europese superstaat. Niet dat ‘men’ iets heeft tegen samenwerking, want de noodzaak daarvan ziet iederéén wel in. Nee, het punt is dat de inwoners van de landen van Europa willen dat die samenwerking ‘probleemoplossend’ is voor zaken waar ze dagelijks tegenaan lopen. Politici die daar anders over dachten, staan nu met beide benen op de grond en moeten daar vooral ook blijven staan. De ‘Europese’ inzet voor de komende jaren moet dan ook vooral gelegen zijn in ‘praktische‘ samenwerking waar dat nodig blijkt. Het behoud van zo veel mogelijk zelfstandige beslissingsbevoegdheid van de nationale staat is en blijft uitgangspunt.
Een stroomlijning van de bestaande Europese verdragen is noodzakelijk. De taken en bevoegdheden van de EU en de individuele lidstaten moeten eindelijk eens helder worden afgebakend.
Het aantal EU lidstaten is de laatste jaren fors uitgebreid en in 2007/2008 komen ook Roemenië en Bulgarije er nog bij. De EU moet op de middellange termijn geen nieuwe lidmaatschapstoezeggingen aan landen doen.
Turkije hoort geografisch noch cultureel-religieus bij Europa en moet dus geen lid worden van de EU.
In veel lidstaten, zeker ook in de nieuwe, is corruptie een groot probleem. Daarom dient er nauwlettend toegezien te worden op de besteding van de Europese gelden die bestemd zijn voor die landen.
De besteding van Europese gelden (zo’n 100 miljard euro) is en blijft onduidelijk, alle aanmaningen van de Europese en nationale Rekenkamers ten spijt. Transparantie en controle daarop zijn daarom eerste prioriteit.
De Tweede Kamer moet de regering met een strakker onderhandelingsmandaat naar Brussel sturen, zodat ze beter aanspreekbaar is op het behaalde onderhandelingsresultaat.
Er moet een eind komen aan het geldverslindende ‘circus’ Straatsburg-Brussel. Het Europees Parlement moet daarom als standplaats Brussel krijgen.
Buitenland • IsraëlIsraël, in 1948 gesticht om het vervolgde Joodse volk vanuit de hele wereld een vrij en veilig bestaan te gunnen, blijft onder vuur liggen. Letterlijk, zoals onlangs nog bleek toen Israël vanuit Libanon met raketten werd bestookt, en figuurlijk. De vijandschap tegen de Joodse staat is breed verspreid en zit ontzaglijk diep. Nergens anders is dat beter te merken en te voelen dan juist in Israël, dat als kleine democratische rechtsstaat omringd wordt door merendeels vijandige Arabische buren. De toch al in ruime mate voorhanden zijnde conflictstof krijgt daarbij nog een extra gevaarlijke lading door de opmars van de islam, een godsdienst die radicalen zelfs een alibi geeft voor het plegen van niets en niemand ontziende gewelddaden. De Israëli’s weten daar alles van, helaas.
Nederland moet waar mogelijk in de EU en in andere internationale verbanden consequent en helder Israël steunen. Het allerbelangrijkste daarbij is het gerechtvaardigde belang van de Israëli’s om in eigen land veilig te kunnen wonen en werken.
De Nederlandse ambassade in Tel Aviv moet worden verplaatst naar Israëls hoofdstad: Jeruzalem.
Nu in de landen om Israël heen extremisten zelfs zijn opgenomen in de regering(en), zal de internationale gemeenschap moeten billijken dat de democratisch gekozen Israëlische regering zich steeds meer genoodzaakt ziet zélf de voorwaarden te bepalen voor een leefbare verhouding met de Palestijnen.
De Palestijnse Hamasregering mag geen Nederlandse hulp (meer) krijgen. Het is dwaas dat ‘het westen’ (Europa en de VS) méér hulp geven aan de Palestijnen dan alle Arabische landen bij elkaar, die overigens wel het terrorisme steunen. Dat neemt niet weg dat Nederland bereid moet zijn om humanitaire hulp te geven aan ‘fatsoenlijke’ Palestijnse burgers en organisaties.
Pogingen van Israël om Hezbollah, Hamas en andere terroristische organisaties aan te pakken moeten door Nederland moreel en materieel worden ondersteund.
Arabische landen die oprecht streven naar goede betrekkingen met Israël verdienen diplomatieke steun vanwege hun constructieve bijdrage aan stabiliteit in de regio.
• ‘Schurkenstaten’ en terroristenDe onbeschaamde manier waarop de islamitische republiek Iran de wereld tart met haar atoomprogramma, is een bedreiging voor de wereldvrede. Trouwens, de oproep van president Ahmadinejad om Israël te vernietigen zegt genoeg. Ook andere staten in deze regio geven al dan niet openlijk steun aan terroristen. Buiten deze regio vormt Noord-Korea een grote bedreiging voor de omgeving. Uit de geschiedenis weten we wat de catastrofale gevolgen zijn als dit soort kwaadaardige regimes niet tijdig een halt wordt toegeroepen. Toegeeflijkheid werkt niet bij kwaadwillenden.
Nederland steunt alle internationale of andere acties die erop gericht zijn om daadwerkelijk op te treden tegen ‘schurken’ die het gemunt hebben op christendom, vrijheid en de rechtstaat.
Acties, ook preventief als er sprake is van een acute dreiging, om terroristen aan te pakken zijn gerechtvaardigd.
Bij de oorlog tegen het terrorisme is samenwerking met de Amerikanen van het grootste belang, al was het maar omdat de Amerikanen er blijk van geven die oorlog écht serieus te nemen.
De mogelijkheid van een mogelijke doodstraf mag geen reden zijn om van terrorisme verdachte personen niet uit te leveren, mits de toepassing ervan met goede rechtswaarborgen omgeven is.
• Vervolging christenenVergeleken met wat veel christenen in andere landen moeten doormaken, genieten wij hier in Nederland veel voorrechten. Dat verplicht ons des te meer ons in te zetten voor hen die om hun geloof in Christus verdrukt, ja zelfs vervolgd worden. Hun lot raakt ons. Het gaat om vele miljoen geloofsgenoten, wonend in landen als Iran, Indonesië, China, Turkmenistan, Saoedi-Arabië en Eritrea.
Om de Nederlandse inzet zo effectief mogelijk te maken, moet de inzet voor vervolgde christenen vooral in Europees verband plaatsvinden.
Landen waar christenen en andere gelovigen stelselmatig vervolgd worden, moeten onder internationale druk worden gezet om hun beleid bij te stellen
OntwikkelingssamenwerkingHulp aan landen die minder bedeeld zijn dan wij in ‘het westen’, is niet minder dan ‘christenplicht’: een uitwerking van de volop bijbelse notie om de naaste lief te hebben. Gelukkig heeft Nederland geen slechte naam op dit gebied. Integendeel, al vroeg hoorde Nederland bij díe landen die hun verantwoordelijkheid voor ‘de verre naaste’ inhoud gaven. Uit de opgedane ervaring blijkt echter ook, dat de beste resultaten te boeken zijn als de ‘lijnen’ kort zijn. Dus: zo veel mogelijk directe hulp via organisaties en instellingen die ter plaatse vertrouwd zijn.
Nederland is een rijk land, dat meer met arme landen kan delen dan het nu doet. Het budget voor ontwikkelingssamenwerking wordt daarom structureel verhoogd.
Nu er ook marktwerking geldt in de sector van de hulporganisaties, mag het niet zo zijn dat de kleine (particuliere) organisaties daarvan de dupe worden. Juist zij doen veel goed werk!
Nederland moet partnerlanden waar de rechten van christenen en/of andere vreedzame burgers niet of niet ten volle worden gehonoreerd onder druk zetten door te korten op de ontwikkelingshulp.
De mogelijkheid moet blijven bestaan om via speciale kanalen tóch hulp te kunnen blijven verlenen aan mensen in nood in landen waar geen goed bestuur is.
Onnodige barrières voor producten die ‘eerlijk’ en ‘duurzaam’ zijn gekweekt of vervaardigd, dienen te worden afgebroken. Alleen zo worden de ontwikkelingslanden het best vooruit geholpen.
Schoon drinkwater is vaak een van de meest nijpende knelpunten in ontwikkelingslanden. Nederland heeft op dit terrein veel kennis en ervaring in huis. Die expertise moet actief door de Nederlandse regering worden ingezet.
Waar eveneens een schreeuwende behoefte aan is, is basisonderwijs voor jongens en meisjes in ontwikkelingslanden. Daar moet dus meer geld voor worden uitgetrokken in de Nederlandse ontwikkelingsbijdragen, zodat er op de langere termijn weer perspectief ontstaat.
AIDS is een gesel die door veel landen trekt en ontelbare slachtoffers eist, met name in ‘zwart Afrika’. Wie daar écht wat aan wil doen, moet de mensen eerlijk voor ogen houden dat onthouding vóór het huwelijk en trouw bínnen het huwelijk de beste manier is om AIDS te voorkomen. Hulp aan AIDS-wezen krijgt nog onvoldoende aandacht en verdient daarom méér prioriteit.
Defensie
• Internationale militaire samenwerkingDe traditionele –religieus en cultureel bepaalde– banden met de Verenigde Staten zijn en blijven een kernpunt van het Nederlandse buitenlands en veiligheidsbeleid. Belangrijk zijn ook de goede verhoudingen met het Verenigd Koninkrijk. Tegen deze achtergrond verdient de transatlantische samenwerking in de NAVO, de voorkeur boven die binnen de EU (het Europees Veiligheids- en Defensiebeleid, EVDB). Het is nu vooral zaak om een heldere en werkbare taakverdeling te maken om te voorkomen dat Europa zich ontwikkelt tot een ‘concurrent’ van het Atlantische Bondgenootschap.
Het politiek overleg in de Noord-Atlantische Raad van de NAVO moet een krachtige impuls krijgen om politieke en andere meningsverschillen tussen de VS en Europa bij te leggen.
Terrorismebestrijding dient een meer nadrukkelijke plaats te krijgen binnen de NAVO.
De Europese militaire bijdrage aan de NAVO moet groter worden.
Het is wenselijk om de EU slechts in te zetten voor crisisbeheersingsoperaties van geringere omvang, kortere duur, lager in het geweldsspectrum en binnen Europa. De NAVO blijft inzetbaar voor alle operaties, ongeacht omvang, tijdsduur, geweldsniveau en inzetgebied.
De EU heeft een breed palet aan diplomatieke, sociale, economische en militaire instrumenten tot haar beschikking. Daar waar de NAVO niet kan en wil optreden, kan de EU met dit palet een bijdrage leveren aan internationale veiligheid en stabiliteit.
Intensivering van de samenwerking tussen NAVO en EU in crisisbeheersing moet worden bevorderd. Binnen één operatie dienen NAVO en EU te streven naar gezamenlijk optreden, waarbij elk van de partijen vanuit de eigen specifieke expertise een bijdrage levert. Zo’n aanpak voorkomt concurrentiestrijd, vermindert tegenstellingen tussen de VS en Europa, bewerkstelligt effectievere crisisbeheersing en bevordert een eenduidig westers veiligheidsbeleid.
• Militaire missiesDe krijgsmacht heeft drie taken, te weten collectieve verdediging, crisisbeheersing en ondersteuning van civiele autoriteiten. Daarbij is van belang dat interne (binnenlandse) en externe (internationale) veiligheid steeds meer samenvallen. Zo vormen de Nederlandse troepen die in Afghanistan een moeilijke missie vervullen een eerste verdedigingswal in de helaas maar al te noodzakelijke strijd tegen het terrorisme.
De deelname van Nederland aan internationale militaire operaties mag niet te veel versnipperd worden. Daarom moet Nederland zich beperken tot maximaal twee à drie omvangrijke missies tegelijk.
De inzet van Nederlandse militairen mag niet ten koste gaan van de veiligheid van, en dus de noodzakelijke aanwezigheid in eigen land.
De uitzenddruk is te hoog, iets waar niet alleen de militairen en hun ‘thuisfront’, maar ook de training voor uitzendingen onder te lijden hebben.
De missie in Uruzgan is van groot belang om verdere uitwaaiering van het islamitisch terrorisme tegen te gaan. Uiteraard is het noodzakelijk om hard te werken aan de wederopbouw van deze Afghaanse provincie. Mochten offensieve acties nodig zijn om de Taliban te bestrijden, dan moet de missie daartoe over alle noodzakelijke middelen beschikken.
• KrijgsmachtNu de Nederlandse krijgsmacht volledig inzetbaar is in het buitenland, beschikt de regering over een effectief instrument van buitenlands en veiligheidsbeleid. Daarmee verdraagt zich bepaald niet dat er al zó veel op Defensie is bezuinigd, dat de ondergrens van wat nog aanvaardbaar moet worden geacht, al lang is overschreden: zowel materieel als personeel heeft Defensie de afgelopen jaren (te!) veel moeten inleveren. We lopen nu tegen de situatie op dat we onze nationale en internationale plichten nauwelijks nog kunnen nakomen.
Gelet op de door de NAVO en de EU geconstateerde materiële en personele tekorten, moet Nederland investeren om die tekorten weg te werken. Deze investeringen moeten gepaard gaan met een dienovereenkomstige verhoging van de Nederlandse defensiebegroting.
Bij de keuzes die nodig zijn moeten nationale belangen het zwaarst wegen. Terroristen bedreigen ook Nederland. Daarom dient de krijgsmacht goed uitgerust te zijn om indien nodig ook híer ingezet te kunnen worden.
In Irak en Afghanistan heeft de luchtmacht aangetoond noodzakelijk te zijn ter ondersteuning en bescherming van onze grondtroepen. Daarom moet de geplande afstoting van Apachegevechtshelikopters worden geannuleerd en moet de voorgenomen vervanging van de F-16 door de JSF worden uitgevoerd.
De lucht- en zeetransportcapaciteit, nu ondermaats, moet worden opgevoerd. Naast de bestaande uitbreidingsplannen moeten er twee C-17 transportvliegtuigen en zes extra Chinooktransporthelikopters worden aangeschaft.
Ter versterking van de inlichtingencapaciteit van de krijgsmacht moeten er onbemande verkenningsvliegtuigen worden aangekocht.
De uitzenddruk dient te worden verminderd door uitbreiding van de krijgsmacht met ten minste één (leger/mariniers) infanteriebataljon.
Misstanden binnen de krijgsmacht, zoals seksuele intimidatie, discriminatie of het gebruik van drugs, moeten direct en hard worden aangepakt.
De militaire missies naar het buitenland eisen veel van de ingezette militairen. Daarom moet er extra en structurele aandacht komen voor de militaire ethiek in zowel de opleiding, als bij de training van de troepen.

De rechtsstaat is een groot goed, waard om zuinig op te zijn dus. Kern daarvan is dat alle burgers, maar ook de overheid, zich houdt aan de vastgestelde wetten en dat er zorgvuldig wordt omgegaan met de diverse grondrechten. Onlosmakelijk daarmee verbonden is dat er ook daadwerkelijk de hand wordt gehouden aan die regels en dat degenen die dat niet doen, worden gestraft. Dat behoort tot het wezen van de taak van de overheid: het zorgen voor orde en veiligheid en het bevorderen van recht en gerechtigheid. De overheid is immers Gods dienaresse.
Het vertrouwen in de overheid is lang sterk op de proef gesteld, onder meer door onrustbarend hoge cijfers over criminaliteit en vandalisme. Het gevolg was dat ‘gewone mensen’, die hier steeds vaker de dupe van werden, het gevoel kregen door de overheid in de steek te zijn gelaten. Dat ‘onveiligheidsgevoel’ is nog eens extra aangewakkerd door de begrijpelijke angst voor terroristische aanslagen. Weliswaar is er op dit terrein in de afgelopen periode winst geboekt, maar er is méér nodig. Té veel zaken blijven onopgelost of onafgedaan, terwijl veel daders er nog te makkelijk van af komen. En de ‘waarden-en-normen-discussie’ is bij lange na nog niet af.
Ondertussen praat ‘Den Haag’ al jaren over de kloof tussen burgers en bestuur en is er veel tijd verdaan met even oude als kansloze voorstelletjes om het staatsrecht te ‘vernieuwen. Alsof dát het probleem is! Waar de burger beter van wordt, ja zelfs récht op heeft, zijn vertegenwoordigers die staan voor hun zaak, die betrouwbaar en integer zijn. Bestuurders die ook daadwerkelijk iets voor hem of haar betekenen. Niet met woorden, maar met daden. Niet over x jaar, maar binnen een redelijke termijn en zonder overbodige rompslomp. Alleen zó kan iets van het verloren vertrouwen teruggewonnen worden.
Politie De eerste, meest zichtbare schakel in de keten van rechtshandhaving, is de politie. Kan die goed uit de voeten, dan is dat al het halve werk. Nadat de politieorganisatie al diverse malen is gereorganiseerd, moet de inzet nú zijn om te ‘voorkomen’ en te ‘genezen’, dat wil zeggen: door duidelijk aanwezig te zijn om overtredingen en misdrijven te voorkomen en door daders op te sporen en in te rekenen als er toch over de schreef is gegaan. Boeven vangen dus.

----------

Groep Wilders / Partij voor de Vrijheid.

www.geertwilders.nl


VERKIEZINGSPAMFLET

25 augustus 2006
Groep Wilders / Partij voor de Vrijheid
Nederland is een prachtig land. Maar het staat onder druk. Om tal van redenen. De politieke elite in Nederland negeert stelselmatig de belangen en problemen van de burger.
Het is nog steeds niet veilig op straat door onvoldoende politie en te lage straffen. Het aantal vreemdelingen dat jaarlijks naar ons land komt is nog steeds excessief hoog. De demografische ontwikkelingen zijn ronduit zorgelijk: de meerderheid van de jongeren in de grote steden is nu al van niet-westerse afkomst. De overheid is veel te groot en heft te veel belastingen zowel op landelijk als gemeentelijk niveau zodat burgers iedere maand opnieuw te weinig van hun eigen verdiende geld overhouden. En kwetsbare mensen zoals ouderen in verpleeg- en verzorgingshuizen leiden te vaak een mensonwaardig bestaan. Ondertussen wordt een politieke partij voor pedofielen opgericht en worden dierenmishandelaars ongestraft of met hooguit een boete naar huis gestuurd. Dat kan en moet allemaal zoveel beter. Het fatsoen moet terug in onze samenleving.
Daarom zijn er dringend veranderingen nodig. Nederland moet weer een sterk en vitaal land worden. Een land met een kleinere en minder betuttelende overheid en een duurzaam sterkere economie. Een land, waarin naast een kleine doelmatige overheid en het verantwoordelijke individu, ook het maatschappelijke middenveld (maatschappelijke organisaties, verenigingsleven, gezin, kerk, etc.) de rol krijgt die het verdient. Een land dat trots is op zijn eigen identiteit, die identiteit ook durft te benoemen en voor het behoud daarvan durft op te komen, ook binnen het steeds verder uitdijende Europa. Een land dat meer investeert in betere veiligheid voor zijn inwoners, beter onderwijs voor zijn kinderen en menswaardigere zorg voor zijn ouderen. Een land dat crimineel gedrag op straat en islamitisch terrorisme keihard aanpakt en bestraft. Een land met een bestuur dat problemen van de burgers oplost. Een land met politici die meer naar die burgers luisteren en minder met zichzelf bezig zijn. Kortom: een beter en sterker Nederland!
De Groep Wilders / Partij voor de Vrijheid heeft de afgelopen anderhalf jaar een groot aantal voorstellen gedaan om tot zo'n beter en sterker Nederland te komen. In de Onafhankelijkheidsverklaring, het Plan voor een Nieuwe Gouden Eeuw en in Klare Wijn zijn al veel concrete voorstellen te vinden. In Nieuw Realisme hebben wij onze ideologische kaders geschetst. In dit verkiezingspamflet geven wij - kort en krachtig - onze belangrijkste voorstellen weer. Vernieuwende en gedurfde voorstellen die leiden tot een beter en sterker Nederland.
Een Nederland om weer trots op te zijn!

I. Belastingverlaging
16 miljard belastingverlaging voor burgers en ondernemers (fors lagere tarieven inkomstenbelasting en dus hogere koopkracht voor iedereen, te financieren uit bezuinigingen op ambtenaren, Europa, subsidies, ontwikkelingshulp)
Miljard extra voor AOW'ers
Extra geld voor meer agenten op straat, meer docenten voor de klas en meer verplegend personeel in het verpleeghuis door:
- wegsnijden bureaucratie en overhead, en: - benutting van een deel mogelijk begrotingsoverschot aan deze drie sectoren
Lagere benzineprijzen door terugdraaien ‘kwartje van Kok'
Onverkort handhaven hypotheekrenteaftrek
Minder ministeries, minder ambtenaren
Geen stijging gemeentelijke lasten

II. Keiharde aanpak criminaliteit en terrorisme
Hogere straffen voor crimineel gedrag en invoering minimumstraffen voor misdrijven en overtredingen
Na drie zware geweldsmisdrijven levenslange gevangenisstraf
Afschaffen van de korting op de maximumstraf in geval van poging tot misdrijf
Wettelijke verplichting OM tot voordeelsontneming daders bij misdrijven
Minder taakstraffen
Afschaffen verjaring gewelds- en zedenmisdrijven
Geen kwijtschelding deel gevangenisstraf bij goed gedrag
Introductie heropvoedingskampen
Preventief fouilleren in het hele land
Herinvoering jeugd- en zedenpolitie
Wettelijk verbod op pedofielenpartij
Professionelere hulp voor slachtoffers
Einde gedoogbeleid: sluiten coffeeshops, krachtige aanpak thuisteelt en drugsoverlast, geen vrije heroïneverstrekking
Denaturalisatie en uitzetting recidiverende (Marokkaanse) straatterroristen met dubbele nationaliteit
Introductie van administratieve detentie bij terrorisme
10 jaar geen recht op uitkering bij uitkeringsfraude
Niet-Nederlanders die een misdrijf plegen worden direct uit Nederland verwijderd
Agressie tegen politiefunctionarissen en andere hulpverleners: 1/3 hogere minimumstraf en 1/3 hogere maximumstraf
Kraakverbod
Reorganisatie politie: terug van 26 naar 4 politieregio's, plus KLPD

III. Onderwijs en gezin
Meer aandacht voor onderwijs, gezin en opvoeding kinderen: veilige scholen, kwaliteitsverbetering lerarenopleiding, normen en waarden terug in gezin en onderwijs, ouders meer verantwoordelijk voor crimineel gedrag van hun minderjarige kinderen (waar van toepassing ook als het gaat om hun eigen verblijfsstatus)
Geschiedenis en nationale identiteit prominent in het curriculum van alle scholen
Menselijke maat terug in onderwijs: kleinere scholen, primaat bij docenten en ouders
Afschaffen tweede fase/studiehuis en VMBO, herinvoering ambachts- en tuchtscholen
Sociale dienstverlening/maatschappelijke stage verplicht onderdeel schoolcurriculum voortgezet onderwijs (3 maanden: ouderenbezoek etc.)
Handhaving artikel 23 van de Grondwet (vrijheid van onderwijs), maar moratorium van 5 jaar op nieuwe islamitische scholen
Wachtlijsten jeugdzorg wegwerken

IV. Immigratiestop / Integratie
Immigratiestop niet-westerse allochtonen (Marokkanen en Turken) voor 5 jaar
Invoering quotum asielzoekers van maximaal 5.000 per jaar, opvang in eigen regio
Nieuw artikel 1 van de Grondwet: christelijk/joods/humanistische cultuur moet in Nederland dominant blijven
Moratorium van 5 jaar op bouw nieuwe moskeeën en islamitische scholen
Sluiten radicale moskeeën, uitzetten radicale imams
Verbod op buitenlandse financiering of buitenlandse bestuurlijke invloed moskeeën
Preekverbod buitenlandse imams, verplichting tot spreken van Nederlandse taal in gebedshuizen
Afschaffen stemrecht gemeenteraden voor niet-Nederlanders
Teksten vanwege de overheid op (voorlichtings- en informatie-)folders uitsluitend in de Nederlandse taal
Afschaffen dubbele nationaliteit
Geen medische zorg voor illegalen behoudens spoedeisende hulp
Naturalisatie pas na 10 jaar rechtmatig verblijf in Nederland gedurende welke periode men volledig moet hebben gewerkt en geen misdrijf mag hebben gepleegd
Eerste tien jaar verblijf vreemdelingen in Nederland: geen recht op uitkering
Geen verblijfsvergunning voor immigranten die tien jaar voor aanvraag verblijfsvergunning waar ook ter wereld zijn veroordeeld voor een misdrijf
Geen export van uitkeringen buiten de EU
Uitvoering motie-Wilders inzake burqaverbod in openbare ruimte
Verbod hoofddoekjes in publieke functies
Bevorderen vrijwillige remigratie

V. Directe democratie: meer invloed van de burgers
Meer directe democratie: invoering bindende referenda, te beginnen met (1) Turks lidmaatschap EU, (2) wenselijkheid Euro en (3) Antillen wel of niet in Koninkrijk
Invoering districtenstelsel, gekozen burgemeester en gekozen minister-president
Afschaffen Eerste Kamer
Terugbrengen aantal leden Tweede Kamer van 150 naar 100
Afschaffen wachtgeldregelingen voor politici, zelfde sociale zekerheidsrechten als andere burgers. Onmiddellijke invoering sollicitatieplicht voor oud-politici
Geen salarisverhoging voor ministers, kamerleden en andere politici/bestuurders
Geen overheidssubsidies voor politieke partijen

VI. Zorg / Sociale Zaken
Extra geld voor verpleeghuiszorg: minder bureaucratie/overhead en meer handen aan het bed
Nette eenpersoonskamers voor ouderen in verpleeghuizen: ouderen zijn geen gevangenen
Belastingvrij loon voor vrijwillig werkende 65-plussers
Grenzen zo lang mogelijk dichthouden voor Oost-Europese werknemers
Werken voor een uitkering
Geen fiscalisering AOW, vergroting draagvlak AOW door meer werkenden onder de 65 jaar

VII. Infrastructuur / Ruimtelijk ordening / Energie
Meer investeren in wegen en automobiliteit: meer wegen, prioriteit bij knelpunten
Geen tolheffing, geen rekeningrijden, afschaffen trajectcontroles
Verhoging maximumsnelheid, extra verhoging in avonduren en 's nachts
Tweede nationale luchthaven in Flevopolder of in zee
Van Groene Hart naar Kloppend Hart: wonen, werken en recreëren
Bouw nieuwe kerncentrales

VIII. Europese Unie / Vredesoperaties / Buitenlands beleid
Geen nieuwe landen bij Europese Unie
Turkije in de EU dan Nederland eruit
Afschaffen Schengen-visa, Nederland gaat weer geheel over eigen toelatingsbeleid vreemdelingen
Geen nieuwe Europese Grondwet of overdracht nationale bevoegdheden aan Brussel
Samenwerking EU vooral economisch, terugbrengen politieke zeggenschap naar nationale parlementen
Afschaffen Europees Parlement, sterke beperking Europese Commissie en stoppen met jaarlijkse Nederlandse miljardenafdrachten aan Brussel
Minder Nederlandse militaire bijdragen aan internationale (vredes)operaties, alleen nog deelname aan NAVO-operaties
Meer prioriteit voor mensenrechten in buitenlands beleid
Verhoging efficiency krijgsmacht
Verbetering zorg en nazorg thuisfront uitgezonden en teruggekeerde militairen
Steun voor strijd tegen internationaal terrorisme zoals Al-Qaida, Hezbollah en Hamas

IX. Dierenrechten/dierenwelzijn
Rechten van het dier in de Grondwet
Minimumgevangenisstraf voor dierenmishandelaars
Na veroordeling dierenmishandeling: levenslang verbod op houden van dieren
Meer prioriteit bij politie en justitie voor opsporing en vervolging dierenmishandeling (animal cops)
Introductie nationaal alarmnummer voor dieren: 113
Strenger naleven verbod op ritueel ‘thuisslachten'

Duur programma? Valt wel mee ongeveer half jaar.

-------